Geschilderd bord, thans
aanwezig in de bestuursk
van 'Spaaren Hout',
(foto Chris Pointl)
onderdoet voor het aantal gereformeerden in de stad.
Ten tijde van de stichting van het weeshuis waren de doopsge
zinden geen eenheid. Rond 1634 waren er verschillende groe
peringen. Zo waren er de strenge Oude Vlamingen, sinds 1620
weer verdeeld in het volk van Lucas Filips en het volk van
Vincent de Hont. Dan was er de Verenigde Hoogduitse, Friese
en Waterlandse gemeente, waar in 1617 het volk van Lenaert
Clock van was afgesplitst, terwijl er er ook een Friese en een
Hoogduitse gemeente was. Vermoedelijk waren echter de Jon
ge Vlamingen, iets minder streng dan de Oude Vlamingen, wel
de grootste en ook meest welvarende gemeente, zodat het niet
verwonderlijk is dat het weeshuis uit deze gelederen voort
kwam. In 1604 had deze gemeente een huis aan het Klein Hei
ligland gekocht dat de Olyblok heette. Door allerlei problemen
konden zij er pas in 1626 een vermaanhuis (de doopsgezinde
term voor kerkgebouw) van maken. Vanaf die tijd wordt de
gemeente van de Jonge Vlamingen ook wel de gemeente van
de Vlaamse Blok genoemd. Deze gemeente had zeker een ei
gen armenkas had, maar vermoedelijk hebben ook al die klei-
10