stuurd is niet bekend. Iemand wenste de inschakeling van de autoriteit Zocher en dat lukte. De reactie van J.D. Zocher jr. was haast voorspelbaar. Het ging immers om een door hem in een vroeger stadium uitgevoerd ontwerp, een volgens hem herkenbare overname van plannen voor het Willemspark te Den Haag (niet uitgevoerd) en een wezenlijke verandering van de bestaande parkaanleg. En hij achtte het maken van dergelij ke plannen natuurlijk meer op zijn weg. De brief van J.D. Zo cher jr. bleek voldoende overtuigend want in de gemeente raadsvergadering van 19 november 1862 werd gemeld dat b w inmiddels al aan J.D. Zocher jr. hadden bericht van zijn aanbod gebruik te maken 25). Op 28 november aansluitend gaf J.D. Zocher jr. in een brief aan b w te kennen dat hij de eer zal hebben woensdag 3 dec. a.s. des namiddags ten ure ten raadhuize tegenwoordig te zijn26). Op die bewuste drie december is naar alle waarschijnlijkheid het plan van J.D. Zocher jr. gepresenteerd en besproken in bij zijn van B w en raadsleden. Hij stuurde naar aanleiding van die ontmoeting een brief met onder andere de volgende in houd: Met veel genoegen had ik den 3 dezer de eer te bespeu ren, dat men ook in den raad van gevoelen was, dat de aanleg in de Koekamp in denzelfden geest moest blijven als de aanleg van den Hout... Met het oog hierop sta ik gaarne het nevens gaande plan kosteloos af doch daar bij eenen aanleg van dien aard het bevallige niet altijd op het papier kan worden uitge- Ontwerp voor het Frederikspark van J.D. Zocher jr., december 1862. (Gemeentearchief Haarlem, topografisch- historische atlas) 134

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1991 | | pagina 136