16. Pilaarbijters, (foto auteur)
ters, of in een Zuidnederlandse versie Die pilaarbijter is in de
kerkeschijf duivels in huis 14). Pilaarbijters zijn dus spreek
woordelijke figuren. Pieter Bruegel heeft er een afgebeeld op
zijn spreekwoordenschilderij in Berlijn (1559). Ook in koor
banken treft men ze aan: in die van de St. Martinuskerk te Ven-
lo (laatste kwart vijftiende eeuw) staat er een op de binnenkant
van een wang en de St. Catharinakerk te Hoogstraten (1532-
46) heeft er een op een misericorde (afb. 17).
De Haarlemse pilaarbijters zijn bijzonder expressief uitge
beeld, vooral de man, die fanatiek zijn tanden in de kolom zet.
Bij de vrouw is dit wat minder goed gelukt, zodat het lijkt, als
of zij geen onderkaak heeft. Beiden dragen een rozenkrans, als
teken van vroomheid. Het aantal kralen is ongelijk, maar in de
middeleeuwen kende men allerlei soorten rozenkransen. Nog
meer dan op de wapenpanelen heeft de beeldhouwer hier zijn
lust tot versieren en detailleren kunnen botvieren. De vrouw
draagt een lang gewaad, waarvan de mouw met franje afgezet
is. Een lange doek is om haar hoofd gewonden en lijkt met een
sierlijke beweging achter haar aan te zweven. De man is ge
kleed in een kort, gegord wambuis en draagt daarover een pe-
38