zoals v&d ze noemde, en deze werd voorzien van een nieu we, doorlopende winkelpui I0). Hiermee werden de bedoelin gen van v&d langzaam duidelijk. Het jaar daarvoor was het pand Grote Houtstraat nr. 72 verbouwd. Kort daarop deed Dumont in een rapport aan b&w voorstellen met betrekking tot het eventueel opheffen van de Paardesteeg. Om plan a te kunnen realiseren diende een strook grond na afbraak van de huizen aan de zuidzijde van het Verwulft van v&d te worden gekocht en dat ging de gemeente een hoop geld kosten. Bij plan b kon de hoeveelheid grond van de Paardesteeg (211 vierkante meter) worden geruild tegen de grond aan het Ver wulft (195 vierkante meter). Opheffing van die steeg zou niet alleen de gewenste verkeersverbetering op het Verwulft ople veren maar ook, door het verschil in vierkante meters grond, zelfs een financieel voordeel van 15.600- v&d zat in die tijd ook niet stil en wist nog een aantal panden in bezit te krijgen. Grote Houtstraat 76, diverse pakhuisjes in de Paardesteeg nrs. 4/6/8 en Giersraat nr. 19 in 1926 I2) en in 1927 volgden Verwulft nrs. 6-8 en Gierstraat nrs. 13 en 17 '3). Hierbij valt op dat v&d ook een aantal panden kocht aan de zuidzijde van de Paardesteeg. Aanvankelijk was het de intentie geweest van v&d slechts tot aan de Paardesteeg te bouwen. Deze aankopen moeten dus samenhangen met het idee van Dumont ook de Paardesteeg in de nieuwbouwplan- nen te betrekken. Deze aankopen kon Dumont op zijn beurt weer gebruiken als een sterk argument richting b&w om de Paardesteeg op te heffen want het zou ongunstig voor v&d zijn als zijn bezittingen door een steeg gescheiden zouden zijn. Om nog maar te zwijgen over de te ontstane problemen indien v&d een groot gebouw had willen realiseren tot aan de Paardesteeg in verband met de bepalingen in de bouwveror dening zoals hoogte, lichttoetreding, enz. indien de panden aan de zuidzijde niet werden aangekocht I4). Het moet Du mont er veel aan gelegen zijn geweest om zijn plannen op het Verwulft te kunnen realiseren. Maar hij ging nog een stap verder. In 1927 stelde hij voor de zuidelijke rooilijn van het Verwulft nog eens anderhalve meter verder naar het zuiden te verleggen en aldus het Verwulft verder te verbreden. Ook v&d kon hiermee instemmen, mits de gemeente daar een ver goeding van 16.500,- tegenover zou stellenI5). Problemen dienen zich aan Waar in dit stadium noch v&d noch Dumont zich druk om schenen te maken was dat niet alle panden in het bewuste bouwblok al door v&d aangekocht waren. Zo moesten nog Gierstraat nrs. 15/19/3 worden gekocht. Grote Houtstraat nrs. 66/68 en Verwulft nr. 10. Met name twee panden leverden de 118

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1992 | | pagina 118