Het schoorsteenfries, met wapen in het midden, is in alle gevallen promi nent aanwezig, terwijl voor de onderbouw diverse oplossingen gehanteerd zijn. Zo is in het voormalige woonhuis aan de Jansstraat 46-463 in de kamer van de eerste kantonrechter een rijk versierde zeventiende-eeuwse schouwpartij te bewonderen. De schouw die opgenomen is in een houten betimmering heeft een kap die gedragen wordt door rood-wit-grijs ge aderde Ionische zuilen met wit marmeren basementen en kapitelen. Tegen de achterwand zijn twee pilasters aangebracht. Deze schouw is waarschijn lijk uit verschillende onderdelen samengesteld.9) Een voorbeeld van een schouw met een gepleisterde rookvang bevindt zich in een ruime achterkamer op de eerste verdieping in de Jansstraat 79. Het naar voren stekende ongedecoreerde eikenhouten fries wordt onder steund door houten consoles, die versierd zijn met fors gesneden acanthusblad. De consoles rusten slechts op met festoenen versierde pi lasters, die zijn aangeplaatst tegen de wangen die de vuurplaats omsluiten. Een schouw met een eenvoudige geschilderde eikenhouten kap, versierd met neerhangende festoenen, is terug te vinden in een restaurant in de Kleine Houtstraat 70. Dit restaurant is gevestigd in een voormalige woon huis, dat later onderdak bood aan de Bank van Lening. 10) Net als in de Jansstraat 79 wordt de houten kap ondersteund met schorende wangen, waarvan de zij- en voorkanten zijn voorzien van snijwerk met natuurlijke motieven. Het friesornament is van later datum. De stijl van Lodewijk xiv, het Hofje van Staats Ruim tachtig jaar later deed een nieuwe, plastischer vormgeving, genoemd naar de Franse koning Lodewijk xiv, in Nederland haar intrede. Het Hofje van Staats is geheel in die stijl gebouwd. Het werd nieuw gesticht tussen 1730—1733 uit de nalatenschap van de Haarlemse garenreder en handelaar IJsbrand Staats. De symmetrie wordt niet verlaten, maar de architectuur is te herkennen aan de opgebogen kroonlijsten en een koepelbekroning. In het Nederlandse interieur wordt de Lodewijk xiv-vormgeving, waarbij een heid in ontwerp wordt nagestreefd, door de Franse ontwerper Daniël Marot geïntroduceerd. u) Hendrick van der Werff, aannemer en 'onderfabrijck' van de stad Haarlem, 12) die het ontwerpplan voor het hofje leverde, en opperbaas Abraham Kleyn laten zien dat zij terdege op de hoogte waren van deze nieuwe vormgeving. 13) De twee rijk versierde regentenkamers in het ge bouw getuigen hiervan. Beide kamers bevatten een door de schilder Hendrik Twent gemarmerde houten schoorsteen,14> terwijl de wanden wor- Haerlem Jaarboek 1996

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1996 | | pagina 12