deel van met name de Catharijnebrug onvermijdelijk. Dat laatste past ove rigens geheel in het door de commissie onderschreven beleid van functionaliteitsvereisten die aan monumenten gesteld kunnen worden. Schoolgebouwen uit de negentiende eeuw hebben extra aandacht gekregen ten aanzien van waardestelling en herbestemming. Monumentaal In 1996 zijn de nummers 6 en 7 van de nieuwsbrief 'Monumentaal' versche nen. In nummer 6 werd stilgestaan bij het veertigjarig bestaan van de ge meentelijke monumentenzorg. De toenmalige afdeling monumentenzorg werd op 1 november 1956 ingesteld. Sinds die tijd is heel wat gebeurd op monumentengebied in Haarlem. Tijdens de jaren zestig ontstond de Rijks monumentenlijst met, voor Haarlem, ruim duizend monumenten. Een zeer groot aantal daarvan (60%) is in de loop van de tijd gerestaureerd en gere noveerd. Inmiddels heeft op die Rijksmonumentenlijst een aanvullende in ventarisatie plaatsgevonden waarin voor Haarlem die lijst met nog eens circa 130 objecten, voornamelijk uit de periode 1850-1940, zal worden uit gebreid. In dezelfde periode is ook de gemeentelijke inventarisatie van start gegaan met als doel de samenstelling van een gemeentelijke monumenten lijst. Dat project zal de komende jaren worden afgerond. Tijdens de afgelo pen periode van gemeentelijke monumentenzorg werd een aantal belang rijke impulsen tot herstel ontwikkeld en uitgevoerd. De belangrijkste daarvan was het grootschalige, gefaseerde herstel van de Haarlemse hofjes, de stadsvernieuwing en, tegenwoordig, het Wonen Boven Winkels-project. Verder werd in dit nummer van Monumentaal ingegaan op kleur op monu menten en het uitvoerig herstel van de buitenplaats Vlietzorg, Buitenrust laan 29. Nummer 7 stond in het teken van de Open Monumentendagen waarin het industrieel erfgoed centraal stond. De werkgroep Haarlemse Open Monumentendagen zette zich alweer voor de tiende keer voor dit jaarlijks terugkerende evenement in. Bij het tienjarig bestaan van deze werkgroep werd stilgestaan. Verder uitgebreid aandacht voor het industri eel erfgoed in Haarlem, waaronder de Haarlemse binnenstadsbruggen, met name de gietijzeren exemplaren van rond de eeuwwisseling. Tot slot aan dacht voor de vieringtoren van de Grote of Sint-Bavokerk. In beide num mers is, zoals gebruikelijk, aandacht geschonken aan de actualiteiten in monumentenland. DRS. J. BART UITTENHOUT

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1996 | | pagina 147