voorstel akkoord. 37> Directeuren mogen de vier in de weg staande bomen
verwijderen en er twee van op de gedachte plek herplanten, en zij mogen
de bomen midden voor de portiek naar eigen goeddunken kortwieken op
dat het hofje vanaf het Spaarne goed zichtbaar is. Zij mogen eventueel zelfs
(een in het rekest in het geheel niet genoemd punt) 'aldien de Supplianten
daartoe mogten inclineeren de grond van de meergemelde wal, het zy
geheel of gedeeltelijk omheijnen, omrasteren of afzetten in diervoegen
als de supplianten zullen verkiezen', mits zij het zelf maar betalen: bij deze
wordt meteen ook toestemming verleend voor het oprichten van een hek
tot 3V2 voet boven het maaiveld.38) Het plan schijnt daarna ook te zijn uit
gevoerd: 39> rudimenten ervan lijken zich, in de vorm van een halfronde
'exedra' tegenover de portiek tot op de dag van vandaag gehandhaafd te
hebben.
Een laatste rekest inzake het uiterlijk van het Teylershofje wordt nog een
jaar later ingediend. Op 16 mei 1788 geven burgemeesters, omdat na voltooi
ing van de bouw de ingangstrap naar de portico voor de oude bewoners te
steil gebleken was, toestemming voor de aanleg van een 18 duim diepere
stoep. Zij hindert namelijk niemand, omdat er nog voldoende ruimte vóór
het gebouw overgebleven is en blijft.40)
De evolutie van de hofjes in Haarlem
Het Teylershofje vormt ontegenzeggelijk de monumentale afsluiting van de
Haarlemse hofjesarchitectuur uit de tijd van de Republiek. 41) Noch in
grootte, noch in grandeur bezit het in de aan hofjes rijke Spaarnestad veel
concurrenten. Het staat aan het eind van een ontwikkeling in de richting
van steeds meer symmetrie en monumentaliteit. Ofschoon het basisconcept
- drie of vier lage bakstenen vleugels met de huisjes van de bejaarde (meest
vrouwelijke 42>) bewoners rond een binnenplaats met pomp - door de eeu
wen ongewijzigd was gebleven, had de uitwerking daarvan een indrukwek
kende verandering ondergaan.
De oudste hofjes waren immers slechts zeer bescheiden geweest. Zij
waren in de zeventiende eeuw nog in de regel van geringe omvang, telden
vaak slechts een handvol huisjes, die meest uit eenkamerwoningen beston
den. Zij lagen veelal rond een kleine rommelige, asymmetrische binnen
plaats, waarbij het weinig uniforme uiterlijk van de huisjes, die vaak zowel
in breedte als in hoogte van elkaar verschilden, het intieme karakter van
het complex versterkte. Een dergelijke atmosfeer ademen in Haarlem nog
bijvoorbeeld het Bruiningshofje, het Brouwershofje, het Hofje van Loo en
het Hofje van Guurtje de Waal. Met name echter het Lutherse Hofje munt
uit door een samenstelsel van huisjes in alle soorten en maten.
Haerlem Jaarboek 1996