Maar dat is nog niet erg te heeten. - Een dronk, - al ware 't ook geen wijn Een bete om de maag te vullen, Zou thans aan allen welkom zijn. Neen, niets...- Maar, ja, daar wordt geroepen! Men brengt zooveel men brengen kan: Tien flesschen wijn voor zestig koppen! Een half kadetje ieder man! Er is niet meer. En hiermeê "basta!" Maar in "de Doelen" wordt 't vergoed; Daar wachten nog vier volle ankers... Dus, brave Drukkers! houdt maar moed! Men gaat, in Godsnaam, 't feest hervatten, En waagt er nog een stortbui aan, Maar stormt aan 't eind "de Doelen" binnen, Om nu eens aan den slag te gaan. Ja, alles goed - maar eerst betalen: Een gulden vijftig cent de man! Een gulden vijftig, drwfe-gezellen, Men vraagt hier niet of 't lijden kan. "Je moet betalen of vertrekken!" Dus, kort en goed, en loop je heên, Je krijgt je aandeel van die ankers Nog bovendien niet! Jongens, neen! Het Utrechtsch Corps had ras besloten: Maar uit te rukken, en te zien Of men voor geld en goede woorden, Hun elders ook kon hulpe biên. Maar Amsterdam, niet ligt te vreden Als men 't beleedigt of misleidt, Begon hier op zijn poot te spelen, En pleitte voor regtvaardigheid. Haerlem Jaarboek 1996

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1996 | | pagina 84