het gebouw te doorkruisen. De rituele baden waren toegankelijk via de
conciërgewoning. Ze bevonden zich op het plaatsje aan de achterzijde van
het gebouw, en bestonden uit baden, een wachtkamer en een stookruimte.
Volgens de journalist van Haarlem's Dagblad was deze voorziening 'zeer
doelmatig'. Hij toonde zich erg onder de indruk van de toestellen, 'door
welke steeds voor verstrekking van het vereischte warme en koude water in
de badkuipen wordt gezorgd.'26)
Wat opvalt is dat de vertrekken in het hele gebouw, ook die in de wo
ning, uitzonderlijk hoog zijn. De vergaderzalen, gelegen op de belangrijkste
verdieping, zijn het hoogst: vijfeneenhalve meter. Dit zal te wijten zijn aan
de wens in het interieur een statige atmosfeer op te roepen en aan de bui
tenkant een voorname voorgevel te creëren met hoge ramen en deuren.
Tekening plattegrond begane grond, 1994. Het linker gedeelte bevatte o.a. de
leslokalen van de godsdienstschool, in het rechter deel bevond zich de
conciërgewoning. (Archief Bouwplannen, dossier nr. 10618, gemeente Haarlem)
A
A
A
'/oor hetn no 1J, /oorhein no Voorheen no
WIM DE WAGT