Nabeschouwing
In Haarlem bleven de conservatief-liberalen na de kiesrechthervorming
van 1896 nog lange tijd aan de macht. Pas in 1915 trad de eerste katholieke
wethouder aan. Dat wekt de indruk dat het politieke leven in Haarlem
doods was en moeilijk in beweging te krijgen. Nadere bestudering levert
een ander beeld op.
De gemeenteraadsverkiezingen van 1899 en de actie tegen de belasting
plannen hadden aangetoond dat ook in Haarlem de vlam in de politieke
pan kon slaan. In Haarlem deed de plaatselijke Volkskiesvereeniging haar
intrede in de raad met maar liefst vier raadszetels. Drie zetels werden inge
nomen door bekende Haarlemse socialisten. De reactie bleef niet uit. Bij de
raadsverkiezingen van 1901 werd een anti-socialistisch front geformeerd
van vijf kiesverenigingen onder de naam 'Gecombineerde Kiesvereenigin-
gen'. Dit front draaide uit op een geweldige teleurstelling voor met name de
liberalen.
In april 1903 bracht een grote stakingsbeweging Haarlem in beroering.
Voor- en tegenstanders stonden fel tegenover elkaar. Verdwenen was de
dufheid in de Haarlemse politiek. Van gezapigheid was geen sprake. Het
waren spannende tijden. De spoorwegstaking van 1903 greep diep in in de
politieke verhoudingen. In Haarlem meer dan in andere steden. De verkla-
Johannes Bernardus ~V1~
Bomans (1885-1941), voor
man van de r.k. kies
vereniging. Hij werd in 1915
raadslid en was van 1917
tot 1923 wethouder finan
ciën. (Kennemer Atlas)
LUUK BRUG