avk, Hofje van Oorschot 19
24-09-1791: Leyde, regente hofje debet aan Jacob Verkouw,
ses ovale mazieve mahonyhoute stoele en van agter gevuld met groen en wit tryp.
Stuk 13,1 81,-
2 dito met armleuning Stuk 1734,-
Somma 115,-
Ter zaak voldaan den 2 October 1791
Noten
1. Met dank aan Dr. R.J. Baarsen (Rijksmuseum Amsterdam) voor zijn nuttige
-go- op- en aanmerkingen tijdens de totstandkoming van dit artikel.
2. M. Willemsen, 'Meubelmakers en -handel in Haarlem in de achttiende eeuw',
Haerlem Jaarboek 1995, 99-119.
3. Hierbij denk ik dan met name aan: J.R. ter Molen, 'De regentenvertrekken van
Teylers Hofje te Haarlem', Antiek 15 (1980-1981), 313-345 en R.J. Baarsen,
Meubelen en zilver op de tentoonstelling 'edele eenvoud, Neo-classicisme in
Nederland 1765-1800' (Haarlem 1989).
4. Een uitzondering hierop vormen twee commodes die door Andries Bongen in
de marquetterie aan de voorzijde zijn voorzien van zijn naam, een tweetal
bergères die door de Haagse stoelenmaker Adam Struys is gestempeld met zijn
initialen en een aantal stoelen van de Haagse stoelenmaker Albert Eeltjes uit
de eerste jaren van de negentiende eeuw. Zie respectievelijk: R.J. Baarsen,
'Andries Bongen (ca. 1732-1792) en de Franse invloed op de Amsterdamse
kastenmakerij in de tweede helft van de achttiende eeuw', Oud Holland 102-1
(1988), 29, R.J. Baarsen, a.w., 15 en J.G. Berkhout, 'De Haagse Stoelenmaker
Albert Eeltjes (1751-1836)', Antiek 9-5 (december 1974), 453-466.
g. Hendrik legt op 28 april 1759 zijn meesterproef af voor het St. Joseph- of
Timmermansgilde. Uit rekeningen blijkt dat hij vanaf het eind van de jaren '70
regelmatig werkzaam is voor Teylers' Stichting (Archief van Teylers' Stichting
te Haarlem ts] 630. Ook is hij gedurende de periode 1778-1791 vinder van
het St. Josephgilde (Gildenarchief van de gemeente Haarlem 270). Op 16
december 1770 trouwt Hendrik, die dan reeds weduwnaar is van Heijltje van
Booven, met Maria Meijers, weduwe van Juriaen Jan Trip te Amsterdam. Op 12
december 1791 overlijdt Hendrik op 6g-jarige leeftijd als gevolg van 'verval van
krachten' en wordt begraven in de Nieuwe Kerk (Archiefdienst voor Kenne-
merland, DTB-registers gemeente Haarlem). Zijn twee zoons uit het huwelijk
met Heijltje van Booven, Hendrik en Jacob Dijkhuizen, leggen op 6 december
1785 en 9 november 1795 hun meesterproef af voor het Timmermansgilde
(Gildenarchief Haarlem 270).
6. Archiefdienst voor Kennemerland avk], Transportregister Haarlem R.A.
76-109, 'Staande en liggende...schuins over de Cornelissteegh, belent ten
zuijden Willem Nouwens, ten westen uijtkomende in de Gierstraat, ten
noorden de kinderen van Jacob van Groningen, ten oosten de voorn. Grote
Houtstraat, achter streckende aen Gerrit de Zanger'.
7. avk, Oud Notarieel Archief Haarlem 739, akte 78.
8. Aangezien in de archieven geen verkoop van het andere pand in de Grote
Houtstraat voorkomt, is het mogelijk dat Leendert een van zijn panden
gebruikte als winkel annex werkplaats en het andere als woning.
9. Gildenarchief van de gemeente Haarlem ga] 270.
Haerlem Jaarboek 1998