Monumentenzorg -210— Voorwoord Het hoogtepunt van het jaar 1999 was de aanwijzing door de staatssecre taris van ocw van 157 panden uit de periode 1850-1940 als beschermd rijksmonument. In dit aantal zijn deels complexen (verzamelingen van objecten met eigen monumentnummers) opgenomen. Deze 157 zoge naamde 'jonge monumenten' bestaan feitelijk uit 541 objecten. Volgens de officiële manier van tellen bezit Haarlem nu 1009 157 1166 rijksmo numenten. Uit het Monumentenjaarboek 1999, een uitgave van de Stichting Nationaal Contact Monumenten (ncm), blijkt dat Haarlem als monumentenstad de zevende plaats inneemt. Hierbij is dan uitgegaan van het aantal beschermde rijksmonumenten zonder de jonge monu menten. De aanwijzing van jonge monumenten in andere steden is nog in volle gang, zodat nog niet gezegd kan worden of Haarlem op de natio nale ranglijst zal stijgen of dalen. De stabiele, goede gezondheid van de Nederlandse economie heeft ook in 1999 zorg gedragen voor een aanhoudende grote stroom aanvra gen voor restauraties en wijzigingen van monumenten. Enerzijds is het goed dat de monumenten met het beschikbare geld in een goede staat gehouden kunnen worden. Anderzijds is er uiteraard vaak spanning tus sen de gebruikerswensen en het behoud van de monumentale waarde. Ten dele vindt die haar oorzaak in de krapte op de gebouwenmarkt én de - mede daardoor - hoge prijzen: intensivering van het gebruik is econo misch interessant. Intensivering kan echter een bedreiging vormen voor de instandhouding van specifieke waarden. Hierbij zijn voorbeelden te noemen als de behoefte aan veel dakramen om ook de zolder als ver- blijfsruimte te kunnen gebruiken, wijzigen van de structuur om een zol derverdieping (beter) te ontsluiten, en het aanbrengen van brandtrappen omdat bovenverdiepingen (intensiever) worden gebruikt. In het besef dat een stad, ook een monumentale stad, alleen leeft als zij gebruikt wordt en zich dus ontwikkelt, is het soms toch nodig de gewenste aanpassingen te weigeren. Anders gaat het beeld van de stad aan haar eigen succes ten A.J. KRUIJER

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1999 | | pagina 210