Loopbrug in de Kruisstraat. Tekening van P. van Looy, ca. 1890 (coll.
Kennemer Atlas).
stond aan de westzijde van de Buitensingel, maar werd in 1886 al weer
opgeheven.26'
Een bijna nog groter probleem was dat de rails van de elektrische tram
niet door de treinsporen heen konden worden getrokken. Daarom werd
's nachts een tijdelijke rails over die van de spoorwegen gelegd, zodat de
tramrijtuigen over de treinrails konden worden getrokken. En tenslotte
veroorzaakte het rangeren van goederenwagons dat de overgangen te
lang gesloten bleven. Het stationsemplacement was absoluut niet bere
kend en ingericht op goederenvervoer, dat daarom vooral 's nachts werd
afgehandeld. Omdat er steeds meer overtredingen werden begaan ont
stonden soms gevaarlijke situaties. Steeds meer verzoekschriften van
omwonenden om de overlast op te heffen bereikten sedert het begin van
de jaren tachtig de gemeenteraad.26'
Toen het gemeentebestuur van Haarlem bij de directie van de
H.IJ.S.M. geen gewillig oor voor deze onhoudbare toestanden vond,
wendde zij zich tot de Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid.
Op het moment dat de Tweede Kamer der Staten-Generaal in 1882 de
concessie aan de H.IJ.S.M. moest verlengen besloot het college van
HENRI SPIJKERMAN