Ingangsgebouw met Stationsplein, ca. 1909 (foto Kennemer Atlas).
Van een afstand beschouwd worden de beide toegangsgebouwen
nadrukkelijk verenigd door de enorme perronoverkapping die boven de
bebouwing uitsteekt. Hier blijkt duidelijk hoe het station door een
samenwerkingsverband van technici en kunstenaars tot stand is geko
men. Aanvankelijk wilde men in Haarlem net zo'n grote overkapping als
die van het Centraal Station in Amsterdam construeren.*6' De gereali
seerde overkapping vertoont veel gelijkenis met die van het H.IJ.S.M.-
station Den Haag Hollands Spoor. Echter de kappen van het station
Haarlem, die overigens ruimer van afmeting zijn, steunen niet op de per
rongebouwen. Zij staan op uitgemetselde penanten, die een geheel uit
maken met de fundering van de gebouwen. Ook zijn nauwelijks gegoten
kolommen gebruikt. Boven de perrongebouwen en de steunpunten tus
sen de sporen zorgen grote raampartijen met gewapend glas voor de
nodige lichttoetreding op de perrons.
Zeer imponerend is de grote centrale hal met de kaartjesverkoop in de
hoofdingang. De muren zijn voorzien van lichtgele verblendsteen met na
tuurstenen banden. Het plafond is in hout uitgevoerd met tongewelven
en een vrij vlakke koepel in het middendeel. Voor het vervaardigen van
de decoraties aan de houten koepel werd Jac. van den Bosch (1868-1948)
uitgenodigd, meubelontwerper, binnenhuisarchitect en kunstenaar, die
Haerlem Jaarboek 1999
