notaris, maar natuurlijk kan een clericus, die reeds notaris is, later de priesterwijding ontvangen. Sommigen worden zelfs kanunnik. De nota ris-benoeming wordt altijd aan het begin van de carrière verkregen.*» Pas omstreeks het midden van de 16de eeuw zouden langzamerhand de werkzaamheden voor leken (niet-clerici) toenemen en ging het zelf standige notariaat een steeds belangrijkere positie innemen. Het opma ken van testamenten zal deze ontwikkeling hebben bespoedigd. Maar ook de Reformatie en de secularisatie van de maatschappij die er het gevolg van was zullen daartoe hebben bijgedragen. Terwijl reeds bij de geestelijkheid geen sprake was van een gegaran- -113- deerd opleidingsniveau - de tonsuur was voldoende om 'clericus' te he ten - moesten voor de leken, die geen Latijn kenden, handleidingen wor den ontwikkeld. In de volgende eeuwen zouden bijna uitsluitend leken worden belast met het notariaat. Het notariaat is dan een bevoegdheid geworden waaraan baten verbonden zijn. Daarnaast breidde met de opkomst van de steden en de burgerij de werkkring van het notariaat zich uit. Ook de toename van de handel en het verkeer zal daarop een posi tieve uitwerking hebben uitgeoefend. Tegelijkertijd met bovengeschetste ontwikkelingen kwamen er klach ten dat er teveel notarissen waren en dat op hun bekwaamheid niet gelet werd. Verschillende historici hebben zich dan ook nog wel eens oneer biedig over de i6de-eeuwse notarissen uitgesproken. Omdat de wereldlij ke overheid voortdurend in geldverlegenheid verkeerde deed corruptie bij de verdeling van de ambten zijn intrede. Een logisch gevolg was dat de invloedssfeer van de plaatselijke sche penbanken op het gebied van het verlenen van authentieke akten groot bleef. Zij beschikten over het monopolie op het onroerend-goedverkeer, dat sedert 1529 in Holland op een gewestelijke maatregel (plakkaat van Karei v) berustte. Daarvoor hadden enkele steden al regelingen getroffen in die geest. De secularisatie door Karei v In 1512 vaardigde keizer Maximiliaan te Keulen de 'Reichsnotariats- ordnung' voor het Heilige Roomse Rijk uit, waarin de protocollerings plicht van de notaris voor het eerst was geregeld. Deze 'ordnung' had echter geen werking in de Nederlanden. Als gevolg van de geuite onvre de over de 'veelheyt ende onbequaemheit' van notarissen op de dagvaart van 31 januari 1524, gehouden in 's-Gravenhage door de Gedeputeerden van de zes grote steden van Holland, kwam vervolgens keizer Karei v in zijn streven naar een gecentraliseerde staat met een aantal plakkaten. Op HENRI SPIJKERMAN

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2001 | | pagina 113