'U zult zeker niet te klagen hebben over mijn ongeduld in zake afre
kening Leeszaal. Toch moet ik eens uit den hoek komen. Het rente
verlies is werkelijk te groot: U zult dit begrijpen als U hoort dat de
meeste tijdschriften vooruit betaald moeten worden voor een heel
jaar en vele uitgevers na een maand reeds om geld komen. Ik moet
met 1/2 Augustus zéér veel betalen. Wanneer het mogelijk is had ik
gaarne de rekeningen betaald gezien.
U zult mijn schrijven stellig niet ten kwade duiden. Vroeger had ik
een rekening groot 43 aan Rente: ik heb daarover nooit meer
gesproken: U had me zelf gezegd, dat ik rente kon berekenen. Ik heb _I53-
't niet opgegeven en 't beschouwd als een gift aan de leeszaal.'
Het verzoek om tot betaling over te gaan, zou voorlopig evenwel niet
baten. In 1927 verandert de situatie ten goede omdat dat vanaf die tijd ook
het Rijk subsidie verleent.
Verhuizing naar de Nieuwe Gracht
In januari 1927 is er in de archiefstukken voor het eerst sprake van een
nieuw, eigen onderkomen voor de r.k. Openbare Leeszaal en Biblio
theek. Bartels schrijft aan een medebestuurslid: 'Betreffende nieuwe loca-
liteit kan ik U mededeelen dat wij groote kans hebben om perceel
Nieuwegracht 68 in handen te krijgen voor een bedrag dat wel op te bren
gen zal zijn.'
Het zou het pand ernaast worden: Nieuwe Gracht 70. Bisschop mgr.
J.D.J. Aengenent, die mgr. A.J. Cahier na diens overlijden in 1928 was
opgevolgd en die een paar deuren verderop aan de Nieuwe Gracht
woont, staat garant voor een lening van 20.000 gulden die nodig is voor
de aankoop van het pand, de verbouwing en de verhuiskosten. In een cir
culaire, waarin katholieke Haarlemmers om financiële steun wordt
gevraagd voor de uitbreiding en inrichting van de r.k. Openbare
Leeszaal, bericht het bestuur:
'Bij deze hebben wij het genoegen U te melden dat het Bestuur der
R.k. Openbare Leeszaal en Bibliotheek het perceel no. 70 Nieuwe
Gracht, alhier (het heerenhuis gelegen naast het huis van den Heer
Beijnes) heeft gekocht met het doel aldaar de r.k. Leeszaal te vesti
gen. De Rijkssubsidie welke ons dit jaar werd toegestaan is de
officieele bevestiging van den jarenlange vooruitgang die dank zij den
steun van de Gemeente en de Provincie mogelijk werd gemaakt. Het
is dan ook geen vermetele hoop wanneer wij in de komende jaren
MAARTEN BROCK