Wolters in de Surinamestraat, de straat waar Couperus Eline Vere
schreef. Hierna volgde het Nederlandsch Lyceum (het eerste Lyceum in
ons land) waar hij in zes jaar de hbs-a afdeling doorliep en onder ande
re redacteur van de schoolkrant was. Een van zijn interesses was Cou
perus en als scholier was hij al lid van het toenmalige Couperus Genoot
schap. Hij verzamelde eerste drukken van deze auteur en had zelfs even
het plan een biografie te gaan schrijven. In die tijd waren zijn ogen al
slecht, zodat een militaire loopbaan die voor de hand lag, er niet in zat
Hij werd afgekeurd voor militaire dienst en besloot gezien zijn literaire,
psychologische en filosofische interesses om theologie te gaan studeren.
Daartoe was twee jaar studie voor het Staatsexamen gymnasium vereist.
Een belangrijke gebeurtenis aan het einde van zijn middelbare school
tijd was de eerste prijs in een nationale wedstrijd voor welsprekendheid,
georganiseerd in 1933 door de Maatschappij tot Bevordering van Woord
kunst. Als winnaar mocht hij meedoen aan een soortgelijke wedstrijd in
Amerika, waar hij op het Witte Huis door President Hoover werd ont
vangen.
Na het behaalde Staatsexamen gymnasium volgde een studie theologie
te Leiden. Het milieu en klimaat in deze studierichting was hem echter
vreemd, al dacht hij later positief terug aan de colleges filosofie van prof.
Van Holk. Na één jaar, in 1936, besloot hij tot een overstap naar de rech
tenstudie. De Blécourt en Meijers waren de geliefde hoogleraren. Studie-
en jaargenoot was de latere burgemeester van Haarlem De Gou. Hans
woonde in een studentenhuis aan het Rapenburg, was redacteur van het
Leids Universiteitsblad en beoefende in zijn vrije tijd de paardrijsport;
zijn vader had eigen paarden. Rond Kerstmis 1940 was zijn doctoraal exa
men gepland, maar een maand tevoren zou de Leidse universiteit dicht
gaan, na de beroemde rede van Professor Cleveringa, een gebeurtenis die
Hans persoonlijk meemaakte.
Vader Phaff was met Koningin Wilhelmina naar Londen vertrokken
en moeder bleef - 'zonder geld' - in Den Haag achter. Via een bridge-
vriendin van moeder kreeg Hans een baantje bij haar man, de heer
Deknatel, op het Nederlands Deviezen Instituut in Den Haag. In mei 1941
was de Leidse universiteit even open en legde Hans het doctoraal examen
af. Dit leverde hem op het Instituut een opslag op van 75 gulden naar 150
gulden per maand! Toen eind 1942 Rost van Tonningen hoofd van het
Deviezen Instituut dreigde te worden, vertrok Hans daar, om via een
kennis een baantje te krijgen als Commies Redacteur op de gemeentese
cretarie van Almelo. Hij was daar de enige jurist en werkte met plezier
onder burgemeester Sichterman, in Hans' herinnering een goede magi
straat.
Haerlem Jaarboek 2002