lijk is afgebroken, vermoedelijk ter verbetering van het uitzicht op de
Herenweg.
Het echtpaar Asschenbergh-Bardon was kinderloos; Hermanus, enig
erfgenaam van zijn echtgenote, heeft zijn nalatenschap bij zijn testament,
van 26 januari 1828 voor notaris mr. J. Commelin te Amsterdam, in inge
wikkelde breukdelen over beide families verdeeld. Onder de erfgenamen
bevonden zich ook minderjarigen en aan dit feit is het te danken, dat er
in 1834 een uitvoerige inventaris werd opgemaakt van alle tot de nalaten
schap behorende roerende zaken, welke ons inzicht geeft in de wijze
waarop een dergelijke buitenplaats in het begin van de negentiende eeuw
werd bewoond. Bij een olografisch testament van 10 september 1828 'op
Vredenhoff onder Haarlem getekend' benoemde Hermanus drie execu
teurs-testamentair, te weten Johannes Stephanus Kleinpenning, koopman
op de Keizersgracht bij de Vijzelstraat, Klaas Smit, makelaar op de
Prinsengracht bij de Spiegelgracht en zijn reeds genoemde neef Jan
Hendrik Hackman Asschenbergh. Bij het eerst gemelde testament wer
den tot erfgenamen benoemd:
Vredenhof. Litho van P.J. Lutgers, ca. 1840. (nha Kennemer Atlas)
Haerlem Jaarboek 2006