Twee restauraties
Restauratie Viering- of Kruisgewelf
Grote of St.Bavokerk
Voorgeschiedenis
Na een oponthoud van een aantal jaren is in januari 2007 begonnen
met de restauratie van het vieringgewelf. Al in 2002 zou een aan
vang gemaakt worden met het gedeeltelijk herstellen van het
gewelf, daar door lekkages het stukadoorswerk aangetast was. Uit
nader onderzoek van het gewelf bleek al snel dat er veel meer aan
de hand was. De plekken die beschadigd waren door de lekkages
vertoonden een zware verzanding van de raaplaag. Uit nader on
derzoek van segmenten die nog intact leken te zijn, kwam naar
voren dat er veel holklinkende plekken waren. Ook vertoonde het
gewelf veel vochtsporen en een behoorlijke vervaging van de aan
wezige beschilderingen. Besloten werd om eerst een grondig onder
zoek van het gewelf uit te voeren.
Uit dit onderzoek kwam naar voren dat de samenhang van de
raaplaag slecht was en de aangebrachte pleisterlaag te dicht van
structuur. Gevolg hiervan was dat er een slechte vochtregulatie is
het gewelf was. Dit werd nog versterkt door de aanwezigheid van
de vele vochtsporen op het stukadoorswerk en langs de ribben van
het gewelf. Ook vertoonden de meeste segmenten haarscheurtjes
bij de aansluiting tegen de ribben. Gedurende deze periode werd de
conditie van het gewelf alleen maar slechter. De schilderingen
leken in versneld tempo te vervagen. De aanpak werd dus steeds
urgenter, anders kon belangrijke informatie verloren gaan.
Uiteindelijk was de conclusie van het onderzoeksbureau, dat
partieel herstel mogelijk was. Ik was het hier echter niet mee eens
omdat bij partieel herstel de naastgelegen segmenten andere krach
ten te verwerken krijgen. Door het inbrengen van een hoeveelheid
vocht in de te vernieuwen segmenten was niet bekend wat er met
de andere segmenten zou gebeuren. Tevens waren de schilderingen
op de nog intact lijkende segmenten voor een deel zo vervaagd, dat
WIM SIETSMA
191