waren in het verenigingslokaal, met daarbij de drie genoemde ver
tegenwoordigers van het gemeentebestuur, de twee bestuursleden van
de Haarlemse Vereniging 'Bilderdijk', het erelid van de Kring, Prof. Ni-
colaas Beets, en verder de hoogleraar J. ten Brink en de uitgever A.C.
Kruseman.
Voorzitter Smit Kleine heette de aanwezigen welkom. Vanaf het eer
ste moment dat de Kring in het sterfhuis van Bilderdijk vergaderde had
men plannen om hulde te brengen aan 'den geweldigen kunstenaar, in
dit huis ontslapen'. Dankzij samenwerking van de leden Stracké en Van
der Steur was dat moment nu aangebroken. In een lange redevoering,
in zijn geheel afgedrukt in de krant, herinnerde Smit Kleine aan de in
Haarlem tot stand gekomen dichtwerken van Bilderdijk, waarbij hij di
verse passages voordroeg en citaten aanhaalde van bewonderaars van
de dichter als Isaac da Costa. Smit Kleine eindigde met een woord tot
de tegenstanders van deze plechtigheid. Verontwaardiging toonde hij
voor 'hen die hunne antipathie op de daden gronden door Bilderdijk
als mensch bedreven. Ik zou hun willen vragen of eene levenslange ver
volging en eene meer dan vijftig jarige verguizing na den dood, hun
niet vrij voldoende tot koeling van hun wrok toeschijnen. En wanneer
zij mij zouden antwoorden "Volstrekt niet", dan zou ik aan zulke voor
treffelijke en zeker onfeilbare tijdgenooten willen toevoegen: Het
schijnt mij toe dat gij te laat zijt geboren, want Vergunt mij, maar gij
zijt barbaren.' Met deze woorden eindigde Smit Kleine zijn rede 'welke
door allen met de grootste belangstelling was gevolgd'.
Hierna onthulde Nicolaats Beets de steen, speelde de kapel van
Grentzius in een voor deze gelegenheid op de Grote Markt geplaatste
muziektent, en kon de 'talrijke volksmenigte, bijeengevloeid op de
Groote Markt, waar uit ettelijke huizen de vlaggen wapperden' de nieu
we steen bewonderen.
Vervolgens sprak de loco-burgemeester Von Reeken een dankwoord.
De bijeenkomst werd besloten met enkele woorden van de heer Van Es,
die, zo schrijft de krant, in de etalage van zijn winkel in de Anegang
een grote buste van Bilderdijk met lauwerkrans had geplaatst.
Voorzitter Smit Kleine liet de oorkonde tekenen 'bestemd om in het
stedelijk archief te worden gedeponeerd'10' en maakte van de gelegen
heid gebruik om A.C. Kruseman het erelidmaatschap van de Kunst-
naarskring aan te bieden.
Na deze plechtigheid in het verenigingslokaal begaf het gezelschap
zich naar de Grote Kerk 'ter bedevaart naar Bilderdijks graf'. De Vereni-
JAARBOEK HAERLEM 2009