kocht.24' Anders dan Jan Verboutsz. staat Verbout Hendriksz niet als zodanig in het dodenboek van Mariënhaven: wel een priesterbroeder Verbout die in een onbekend jaar als oudste monnik stierf in Mariën- berg te IJsselstein, het moederklooster van Mariënhaven.25' Mariën- berg, dat in 1395 was gesticht, was aangesloten bij de Sibculo-groep en verbroederd met Porta Celi. Disgenoten van Porta Celi waren welkom in IJsselstein en omgekeerd.26' Wie de sfeer in de eetzaal van de priorij van IJsselstein letterlijk wil proeven, kan daar tegenwoordig weer te recht. Het is nu een restaurant. Net als in Warmond sloten zich ook in Heemstede lekenbroeders bij de monniken aan. De melker Jan Jansz. verdronk bij een ongeval en werd niet op het eigen kloosterkerkhof begraven, omdat dit toen nog niet gewijd was, maar in Mariënhaven.27' Uit dit bericht weten we dat Porta Celi aan melkveehouderij deed - en bovendien dat Jan Jansz. tus sen 1455 en 1465 is gestorven. In dat laatste jaar werd de kerk van Porta Celi ingewijd. Hierbij waren niet alleen de broeders uit Warmond uit genodigd, maar ook abdis Elisabeth, de priores en een handvol zusters uit de cisterciënzer abdij Maria ter Lede ofwel Leeuwenhorst in Noord- wijkerhout. Hun rekening uit 1465-1466 meldt dat ze voor dit feest een vat wijn van vijftig liter meenamen. Het grootste cadeau van Leeuwen horst voor de nieuwe kerk was al een jaar eerder betaald: een glasraam. De banden werden aangehaald toen de prior in 1470 de ernstig zieke abdis Elisabeth bezocht en Elisabeths opvolgster Agnes van de Boek horst tot Nortich het volgende jaar een bedevaart naar de Heemsteedse priorij maakte, waarmee zij een aflaat verdiende.28' Dit is de enige ver melding van Porta Celi als pelgrimsoord. In de Nederlandse Bedevaartda tabank van het Meertens Instituut komt het niet voor. Kloostereconomie De economie van cisterciënzer kloosters, ook die van de Sibculo- groep, was traditioneel gericht op zelfvoorziening. Cisterciënzers waren geen stadse bedelmonniken zoals de dominicanen en de francis canen.29' Hun eigen land moest de nodige granen, melk, wol en turf le veren. Voor een grootgrondbezitter zoals Leeuwenhorst was dit geen probleem. Dit klooster bezat in 1570-1571 bijna 1200 hectare land: ruim vijftig hectare per bewoonster.30' Omstreeks dezelfde tijd bezat Porta Celi ruim vijftig hectare eigen land in Heemstede, vijf in Noordwijker- hout en twaalf in Zoeterwoude.31' Daarbij kwam het leen waarop de KEES KUIKEN

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2009 | | pagina 19