ïi. M. Thierry de Bye Dolleman, 'De Haarlemse oorsprong van het geslacht Diert
van Melissant' inJaarboek van het Centraal Bureau voor Genealogie 24 (1967), p.
137-156.
12. E.Reusens, Matricule de l'Université de Louvain I, Brussel 1903, p. 97; H. Keussen,
Die Matrikel der Universiteit Köln 1389-1475, Bonn 1919, p. 467 nr. 64. In de Keulse
vermelding lees ik de afkorting 'can.' als 'ius can.'.
13. J.E. Elias, De vroedschap van Amsterdam, Haarlem 1903-1905, p. 15; Reusens, Ma
tricule xx.
14. De genealoog M. Thieriy de Bye Dolleman heeft in twee artikelen (Dolleman,
'Diert' en dezelfde, 'De oorsprong van het geslacht Gael' in: Jaarboek van het
Centraal Bureau voor Genealogie 24 (1970) p. 34-64) betoogd dat het hier om twee
verschillende families gaat. Het door Jan Klaasz. Diert gevoerde wapen geeft
echter aan dat hij in manslijn uit de familie Gaal stamde. Bijkomend bewijs is
het optreden in 1464 van Floris Gaal als borg in een strafzaak tegen Adam
Diert, een kleinzoon van Jan Klaasz. Diert (B.M.H. Speet (ed.), Het register van
criminele sententiën van Haarlem, Haarlem 1989, nrs. 142,240). Alleen naaste
verwanten of het familiehoofd traden als zodanig op. In schema 5 wordt Jan
Klaasz. Diert opgevoerd als achterkleinzoon van Gerrit Gaal. In de noten bij dat
schema staan alle verdere bronvermeldingen.
15. K. Kuiken, 'Antonius als adelsheilige. Liefdadigheid en memoriecultuur in de
late Middeleeuwen' in Virtus 15 (2008) p. 39-41- Het hierbij behorende land ach
ter het gasthuis is in het oudste Rijnlandse morgenboek van 1544 aangeslagen
onder Haarlemmerliede met als eigenaars de kapel van St. Antonius te Haar
lem en de kinderen van een Jan Stevensz. (transcriptie in nha, signatuur 44-
001437M, ongepagineerd).
16. Memorialen Rosa (ed. Lombarts e.a., Leiden 1982-1986, hierna: mr) viii nr.
188; mr xi nr. 402; Speet (ed.), Sententiën nr. 43.
17. nm fol. 3V vermeldt een gift van Mr. Jan Klaasz.pastoor te Rijnsburg. Dit is
niet de in 1458 gestorven stichter van Porta Celi maar Mr. Jan Klaasz. van Was
senaar, die in 1475 pastoor van Rijnsburg werd (P.M. Grijpink en C.P.M. Holt-
kamp, RijnlandiaHaarlem 1932, p. 101).
18. Voor de gegevens over de cisterciënzers, in het bij zonder de Sibculo-groep, is
dankbaar gebruik gemaakt van het recente standaardwerk van R. van Dijk en
M. Vonk (red.), Moderne devoten in monnikspij. Klooster en colligatie van Sibculo
1406-1580, Kampen 2007.
19. J.C. Overvoorde, 'Het Cisterciënserklooster Mariënhaven te Warmond' in Bij
dragen voor de geschiedenis van het bisdom Haarlem (hierna: bgbh) 33 (1911) p. 29,
38,50.
20. Namen in Allan e.a., .Gesshiedenis en beschrijving II p. 207-208, door mij geverifi-
KEES KUIKEN