ven die deze kapitein schreef aan een kameraad tussen 22 december 1572
en 10 januari 1573. De brieven of afschriften daarvan zijn op een gegeven
moment op de burelen van Philips 11 terechtgekomen. Zoals destijds ge
bruikelijk was, heeft een secretaris uit diverse brieven van een bepaalde
periode fragmenten geselecteerd die hij voor de koning belangrijk achtte;
de geselecteerde fragmenten zijn vervolgens samengevoegd tot één tekst.
Door deze bewerking springt de tekst nogal eens van het ene onderwerp
naar het andere en is de chronologische volgorde van de gebeurtenissen
niet altijd consequent. Om de zaken eenvoudig te houden heb ik mijn
vertaling toch de titel 'Brieven van een Spaanse kapitein' meegegeven (en
niet 'brieffragmenten').3'
Wat deze brieven ondanks het grimmige decor van de oorlog toch tot
aardige lectuur maakt, is het feit dat er een vertrouwensrelatie bestond
tussen de kapitein en zijn lezer. De schrijver werd daardoor duidelijk
minder gehinderd door de eisen en taboes die een meer officiële bericht-
Gezicht op Haarlem tijdens het Beleg door de Spanjaarden in 1572-1573.
Kopergravure naar Pieter Jansz. Saenredam en Willem Outgersz Akersloot, 1739.
(Coll. Noord-Hollands Archief)
10 HAERLEM JAARBOEK 2010