geving hem zou opleggen. We krijgen zo inzicht in de wijze waarop hij
het beleg werkelijk beleefde. In het relaas van de kapitein worden ook de
soldaten, de mannen in het veld die in de officiële verhalen op de achter
grond staan en wier lot zelden genoemd wordt, naar voren gehaald.
De omstandigheden waarin een en ander zich afspeelde zullen hierna
kort uiteengezet worden. Vervolgens zal de schrijver van de brieven, een
Spaanse kapitein, worden geïntroduceerd, waarna de vertaling van zijn
tekst volgt.
De oorlog komt naar Holland
In 1567 arriveerde de hertog van Alva4' in Brussel als de nieuwe land
voogd van de Nederlanden. Hij volgde Margaretha van Parma op, die
niet in staat was gebleken de groeiende opstand in de Staten te bedwin
gen. Alva's opdracht was om de Nederlanden terug te brengen onder het
gezag van de Spaanse koning. Hij rekende erop dat zijn geoefende leger
de opstand snel bedwongen zou hebben. Op 23 mei 1568 werd echter een
Spaanse troepenmacht onder leiding van de graaf van Aremberg bij Hei-
ligerlee verslagen en hiermee begon een oorlog die tachtig jaar zou gaan
duren.
Op 1 april 1572 namen de geuzen onder leiding van Lumey de haven
stad Den Briel in, waarna steeds meer Hollandse steden zich vóór de Prins
van Oranje verklaarden. In oktober 1572 besloot Alva dat de tijd was geko
men voor een stevig optreden. Onder aanvoering van zijn zoon don Fadri-
que de Toledo trok het leger vanuit Brussel naar het noorden. Op de route
naar Holland werden Mechelen en Zutphen ingenomen en vernietigd. Op
1 december 1572 arriveerde men bij het stadje Naarden, de eerste stad die
in de provincie Holland werd bereikt. Naarden werd met de grond gelijk
gemaakt, een strafmaatregel die als voorbeeld moest dienen voor de Hol
landse steden die volhardden in hun opstandigheid. Deze boodschap was
tevens bedoeld voor het Haarlemse stadsbestuur. Na de vernietiging van
Naarden trok het leger via Amsterdam over de Spaarndammerdijk naar
Spaarnwoude, om vervolgens na de inname van Spaarndam met enige
moeite Haarlem te bereiken.
Normaal gesproken ging het leger in de wintermaanden niet op krijgs
tocht. Het vervoer van de vele wagens, paarden en zware kanonnen was,
zeker in een slecht begaanbaar gebied als Holland, een moeizame zaak.
Haarlem was echter door haar ligging tussen het Noorder- en het Zui
derkwartier een strategisch belangrijke stad en haar inname werd be
schouwd als een kwestie van grote urgentie.
BARBARA KOOIJ