Medaillewinnaars op de Olympische spelen uit Haarlem en soms ook
wereldkampioenen, worden op het stadhuis ontvangen en krijgen daar
een blijvende herinnering zoals een met het stadswapen gegraveerde gla
zen karaf. Daarnaast zijn er nog velerlei situaties waarin het gemeentebe
stuur van zijn waardering voor een Haarlemmer laat blijken. Daar horen
vaak bloemen bij of een boek over de stad.
We naderen hier het terrein van de representatiegeschenken, dat zich
op een ander niveau afspeelt dan dat van de eerbewijzen. Het wordt hier
buiten beschouwing gelaten.
Met dank aan drs. Marjan Scharloo, directeur van het Teylers Museum, drs.Jaap
Temminck, oud-stadsarchivaris, mr. Paul Receveur en mr. Eduard Terpstra, ge
meentelijke beleidsambtenaren.
Noten
F. Allan, Geschiedenis en beschrijving van Haarlem, herdruk Haarlem 1973, deel 3,
pag- 439-
2. Nick Steenkamp, Doe wel en zie niet om, Den Haag 2000, p.18.
3. Steenkamp, Doe wel en zie niet om, p.10 en 11.
4. Steenkamp, Doe wel en zie niet om, p. 10,106,109 en n2-
5. Kees Bruin, Kroon op het werk, onderscheiden in het Koninkrijk der Nederlanden,
Meppel, 1989, pag.21.
6. Mr. J.P. Kruimel en mr. J.C. van Ingen, Van bijzondere verdiensten tot Koninklijke
Onderscheiding, Den Haag 2001. Zie ook: www.lintjes.nl
7. Zie P.Saakes, 'De laatste jaren van Kees Verwey1 in: Jaarboek Haerlem zoog, p. 160.
8. Jaap Pop, 'Harry Mulisch aan de lijn', in: Mag ikje voorzichtig op mijn bestaan
wijzen, een vriendenboek voor Nop Maas, Haarlem 2009, p. 169-170.
9. Peter Hammann, Wat voert Haarlem in zijn schild?, Haarlem 2010, p. 21-22.
HAERLEM JAARBOEK 2010