nen geen geschiedenisleraar was geworden en hij met zijn vrouw, Gisela
Biermann, geen kinderrijk gezin had gesticht, zou hij wellicht nog meer
als auteur uit de verf zijn gekomen. Nu bestaat zijn publicitaire nalaten
schap in hoofdzaak uit honderden korte en vooral lange recensies van
boeken en tentoonstellingen, geschreven voor met name de Volkskrant
en de Linie, en uit een zekere hoeveelheid gedichten. Bovendien kon Pre-
nen het tekenen niet laten, en maakte hij tal van vaak virtuoze illustraties
bij onder meer eigen artikelen, alsook zoals bekend bij werken van Bo-
mans.
Verder moet hier nog eens benadrukt worden dat Bomans zeer veel
te danken heeft gehad aan Prenen, en aan de anderen van de 'Academie',
voor zijn ontwikkeling als schrijver en denker. Zijn vrienden stimuleer
den hem, leverden ideeën en commentaar, lazen en corrigeerden zijn
werk, en vooral Prenen was jarenlang de onmisbare sparring partner. Veel
vuldig traden Bomans en Prenen samen op met voordrachten, in heel
Nederland. Vroege publicaties van Bomans, met illustraties en soms
een tekstbijdrage van Prenen, werden door de eerste ook letterlijk als
producten van 'De Rijnlandsche Academie' beschouwd. Voor de Haar
lemse geschiedenis is verder van belang, dat deze 'Academie' in zekere
zin als voorloper van sociëteit 'Teisterbant' gezien kan worden (alhoewel
de twee clubs ook naast elkaar bleven bestaan): we vinden de vier op het
groepsportret later terug in de ledenlijsten van 'Teisterbant'.
Het is goed dat dit grote schilderij, dat dankzij een restauratiebeurt
weer prima toonbaar is geworden, een plek heeft gekregen in de stads
bibliotheek van Haarlem - de stad waar 'De Rijnlandsche Academie' nu
eenmaal mee verbonden was. Het groepsportret, met al zijn details, is
een fraai symbool van een vriendschap die is gebaseerd op liefde voor de
letteren en andere kunsten. Het schilderij gaat over cultuur die verbindt.
Met dank aanlanBorthwick, Peer van den Molengraft enHïlde Wuijten.
Noten
Informatie afkomstig van Ian Borthwick, Bibliotheek Haarlem, en Hilde
Wuijten, Bureausecretaris Vereniging Toonkunst Nederland en Maatschappij
tot Bevordering der Toonkunst te Amsterdam. Het initiatief voor de overdracht
was afkomstig van Hans Moed, penningmeester van de inmiddels opgeheven
Stichting Toonkunst Bibliotheek, die ressorteerde onder de m.b.t.
T. van Verre, Bomans was de naam, Bussum 1978, p. 47.
HAERLEM JAARBOEK 2010