door de winter werd veroorzaakt schaars. Een Haarlems dagverhaal stelt slechts vast dat begin januari 1573 'die tijt (was) van de harde ende seer coude vorst.'8' De belegeraars waren slechter bestand tegen de 'coude vorst'. Don Fadrique stuitte bij het huisvesten en bevoorraden van zijn leger vanaf de eerste dag op problemen. Hij begreep dat hij zijn soldaten onder dak moest brengen om hen enigszins te beschermen tegen de koude, want, zo schrijft hij aan zijn vader, 'met het winterweer dat hier nu heerst is het niet mogelijk de mannen in de open lucht te laten overnachten.'9' Tot zijn schrik staken de Haarlemmers daartoe geschikte gebouwen in brand of haalden deze neer. Bovendien waren de opstandelingen van meet af aan in de weer om de dijk tussen Amsterdam en Haarlem, de enige toegangs weg die over land naar de stad en dus ook naar het legerkamp voerde, te blokkeren. De broodnodige aanvoer van voedsel en munitie stagneerde daardoor regelmatig, waardoor er in de Spaanse legerkampen gebrek ont stond, met name onder de soldaten. De stemming in het leger was al snel gedrukt en enkelen spraken openlijk hun twijfels uit over de zin van het voortzetten van het beleg. Onze Spaanse kapitein was een van de critici van het vanuit Nijmegen gedicteerde beleid. Hij klaagde regelmatig over de steeds hopelozer wor dende situatie en hoezeer hij en zijn mannen 'worden gekweld door de vreselijke koude en het gebrek aan voedsel'. Deze ervaring werd gedeeld door een Nederlandse huurling in Spaanse dienst die op 21 december 1572 aan zijn vrouw schreef: 'Hier int legher en is niet te eethen noch te drin- cken, broot, wijn, bier, dan alleen vleesch, overmits den quaden dijck tus- schen Amsterdam en(de) haerlem.'10' Kou, honger, de heftige weerstand van de Haarlemmers en hun mede standers en een legerleiding die de ogen leek te sluiten voor de realiteit; dit zijn de centrale thema's in de brieven van de kapitein. Met de grote po litieke kwesties van dat moment of met de hogere krijgskunde hield hij zich nauwelijks bezig. De kapitein Van de kapitein zijn niet veel concrete biografische gegevens voorhan den. Ook zijn naam is niet te achterhalen. In de Collectie wordt hij slechts aangeduid als 'een kapitein uit het legerkamp bij Haarlem'. Onbekend is ook tot welk regiment - tercio - hij behoorde. Het Spaanse leger in de Nederlanden, in Spanje bekend als el ejército de Flandes, bestond uit een- HAERLEM JAARBOEK 2010

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2010 | | pagina 16