maximaal zes jaar duren en dus kreeg Pieter per 1 maart 1940 ontslag. Pieter woonde toen nog bij zijn ouders in, die inmiddels verhuisd waren naar de Anslijnstraat 61. De banketbakkerij was begin 1940 opgeheven, de inventaris was naar het Notarishuis afgevoerd. Pieter vond tijdelijk werk bij de Genie in Haarlem, maar toen kort na het uitbreken van de oorlog de Duitsers het bureau overnamen, was hij gauw vertrokken. In juli 1940 verhuisde hij naar Utrecht waar hij ging werken bij het Raadgevend Ingenieurs- en Architectenbureau Jhr. A.H. Op ten Noort, gevestigd naast de Pieterskerk. In Utrecht werd hij lid van de Doopsgezinde Jongerenkring, waarvan hij een tijdje voorzitter was. Later zou Jongens een aantal jaren de functie van kerkeraadsvoorzitter van de Doopsgezinde Gemeente IJmuiden vervullen. Toen in 1942 gedwongen tewerkstelling in Duitsland dreigde, dook hij onder bij een neef in Velp die daar een boekhandel dreef. In de loop van 1944 kwam Jongens in Haarlem terug en trok weer bij zijn ouders in, die inmiddels Kleverparkweg 2 rood woonden, boven de melkzaak die hun dochter Jo met haar echtgenoot Nico Verdel was begonnen. In september 1945 ging Jongens werken bij het Ministerie van Openba re Werken en Wederopbouw en wel bij het Streekbureau Noord-Holland West voor de Wederopbouw, subbureau IJmond, met standplaats Velsen. Als technisch ambtenaar ging hij zich vooral bezighouden met bouw kundige zaken betreffende de wederopbouw van het door oorlogshande lingen zwaar getroffen Velsen. Hij trouwde in oktober 1945 met de in IJmuiden geboren Geri Roose- krans (1919-2008), die een uitstekende opleiding had genoten en toen boekhoudster bij de Centrale Keuken in Haarlem was. Zij hadden elkaar leren kennen bij de Haarlemse Doopsgezinde Jongerenbond. Het echt paar ging in de Van den Vondellaan 47, Driehuis wonen, dat ze voor 40,- per maand huurden en in 1959 kochten. Zij kregen twee kinderen, een zoon Peter (1946-1992) en een dochter Jolanda (1948). Na vier jaar was het wederopbouwwerk in Velsen vanuit het rijk gezien praktisch gereed en werd Jongens per 1 februari 1949 gedirigeerd naar het Districtsbureau Haarlem van de Provinciale Directie van de Wederop bouw om van rijkswege woningbouwplannen te beoordelen. Hierin vond hij weinig voldoening en hij ging dan ook op zoek naar een andere baan. Die vond hij al snel en per ïjuli 1949 trad Jongens, 36 jaar oud, als bouw kundig ambtenaar in dienst bij het bedrijf Openbare Werken van de ge meente Haarlem. Dit zou zijn laatste werkgever worden. Jongens kreeg tot taak het toezicht op het onderhoud van gemeente- NECROLOGIEËN 205

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2010 | | pagina 207