van zijn ontslag als leider van de stadsspeellieden. Hij heeft ongetwijfeld
gehoopt indruk te maken met een bundel die geheel anders was dan de
toen in zwang zijnde liedboekjes, waarvan er dertien in een dozijn gin
gen. Deze waren niet zelden van laag en vulgair allooi. Padbrué daaren
tegen had toonaangevende dichters kunnen strikken die Jubal toezon
gen! Jubal, de 'eerste vinder der musycke', een primeur van formaat, en
Padbrué had die tevoorschijn getoverd. Een gouden vondst! Het stadsbe
stuur beloonde hem op 28 december 1643 met het aanzienlijke bedrag van
zestig guldens en een zilveren beker met inscriptie. De verblijfplaats van
de beker is onbekend, maar de gegraveerde tekst is overgeleverd:
'Ontfangh dit zilv'ren vat
Uit Jubals Lof gesprooten;
Tot eer' van HeerLems Stat:
En uw' vermaerde Nooten.'
In de bundel is de kopergravure van Jubal afgebeeld, met daarboven de
aan Vondel toegeschreven woorden:
'Hier hebt ghij Jübals lof en outheijt afgebeelt,
oock Musicanten veel die door hem sijn geteelt.'
De Rembrandteske gravure is bijzonder door de aard van de voorstelling
en door de hoge kwaliteit. De signatuur lijkt te zijn 'J. Post'. In gezagheb
bende kunsthistorische naslagwerken wordt geen melding gemaakt van
een J. Post uit Padbrué's periode. In Haarlem was weliswaar de vermaarde
Frans Jansz. Post werkzaam als landschapsschilder en graveur (1612-1680),
maar diens signatuur wijkt sterk af van die op de Jubal-gravure. Voorals
nog tasten we hierover in het duister.
Jubal, de oudtestamen
tische uitvinder van de
muziek. (Universiteits
bibliotheek Amsterdam
Bijzondere Collecties).
AAGJE PABBRUWE