vergulde slangen. Evenmin wilde ik de vormen eenkleurig beschilderen
want dan lijken ze te plat. Met kleurnuances echter kon ik de uitstul
pende delen lichter en de verzonken delen donkerder maken. Dan is het
net alsof het zonlicht altijd op het reliëf valt, ook bij bewolkt en donker
weer. Ik wilde ook graag de natuurlijke kleuren van het verbeelde fruit en
de groente nabootsen, zoals het rozerood en geelgroen van appels, het
grijsgroen van de blaadjes van de artisjok en het oranje tot oranjegeel
van pompoenen. Daarvoor gebruikte ik lijnolieverf. De kleuren mengde
ik handmatig op een palet. Het is een traditionele verf waarmee de steen
vroeger ook geschilderd zal zijn geweest. De glansgraad kon ik temperen
met terpentijn.
Eén aspect valt de opmerkzame toeschouwer wellicht direct op. Eén
slang is niet verguld, maar beschilderd met wit-zwarte banden. Wit en
zwart symboliseren voor mij 'goed en kwaad'. Zeker een pelgrim zal het
spanningsveld tussen beide ondervinden. Ze dienen zich onderweg tij
dens eenzame en stille uren onherroepelijk bij hem aan en stemmen hem
tot nadenken over het diepste wezen van zijn bestaan. In het echt komt
zo'n slang trouwens ook voor. Hij is zeer giftig. Een beet van deze Bunga-
rus candidus is zelfs dodelijk. De slang in de gevelsteen is dus ook een
boodschap aan pelgrims om voorzichtig te zijn wanneer hun pad door
Zuid-Frankrijk en de Pyreneeën voert.
Het waren drie mooie dagen in de Hagestraat. De zon scheen, de be
woners waren enthousiast, een van hen gaf mij zelfs een Jacobsschelp uit
zijn vissenaquarium cadeau, toeristen fotografeerden, en elke ochtend
werd mij een heerlijk kopje koffie aangereikt van onder het schuifraam
van de bestuurskamer. Onder mijn rolsteigertje hoorde ik soms het ner
veuze en verwachtingsvolle gedrentel van een bedevaartganger die werd
uitgezwaaid door een enkel familielid. 'Pas op voor slangen,' riep ik dan
na, maar Sint Jacob beschermt hen vast wel.
Olga van der Klooster
Architectuurhistoricus en specialist historisch kleurgebruik
HAERLEM JAARBOEK 2012