Het tweede zegel ter zaken, in gebruik sedert 1426. Tekening van A.J. Enschedé. (Enschedé, Inventaris, dl 111, plaat 11, nr. 8) vier forse sterren. Onder de punt van het schild zien we een mannelijke figuur, liggend op de rug, wiens middellijf door deze punt lijkt te worden verpletterd. Zonder twijfel mogen we daarin een symbool van het kwaad, een duivelsgestalte herkennen. Op dit kleine zegel verschijnt de combinatie van zwaard, kruis en ster ren voor het eerst in een wapenschild. De twee engelen die dit schild pre senteren, zullen aan het toenmalige grootzegel zijn ontleend, evenals de consoles. Verrassend wordt tevens teruggegrepen op een element van het oudst bekende grootzegel, groenende bomen. Een oorspronkelijk ele ment is de onderliggende demonische figuur, die ik verderop nog in ver band zal brengen met de Damiate-mythe. Dit grondig vernieuwde zegel bleef in gebruik tot 1570, dus ongeveer honderdvijftig jaar lang. Een kwart eeuw na het verschijnen op dit kleine zegel werd het wapen schild tevens bevorderd tot de hogere heerlijkheid van het grootzegel, dat opnieuw drastisch werd vernieuwd. Van dit zegel is slechts één afdruk bekend, hangend aan een akte van 4 oktober 1451; direct daarna werd het gloednieuwe zegelstempel vernietigd.22' Deze ene afdruk is slechts frag mentarisch overgeleverd, en door Enschedé gereconstrueerd. Het zegel, met een middellijn van 60 mm, droeg vermoedelijk het randschrift [si- gillum m]aius opidi haerle[mensis]. In het zegelvlak zien we het stadswapen dat nu is omgeven door herten als schildhouders. Het zwaard in het schild is door ruimtegebrek ouderwets gedrongen. Aan de boven rand van het schild ontspringen drie prominent afgebeelde bomen wier top samen één kruin vormen. Het boomelement wordt dus opnieuw be klemtoond. JAAP VAN MOOLENBROEK

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2012 | | pagina 39