beelden van de Godsvrucht en de Eeuwigheid moesten ieder afzonderlijk
uit één blok marmer worden gehouwen, maar de Dichtkunst en de Mu
ziek moesten 'te samen uyt een block' worden vervaardigd, waarbij de
beeldhouwer er nadrukkelijk voor moest zorgen dat alle voegen en naden
aan het oog werden onttrokken.46' Xavery nam het werk aan voor 6.930
gulden en werd verplicht het werk binnen twee jaar gereed te hebben.47'
Uit een briefwisseling tussen de Nederlandse rijksgraaf Willem Bentinck
(1704-1774) en zijn vrouw blijkt dat Xavery in juni 1739 druk bezig was om
in zijn Haagse atelier beelden voor de grote kerk in Haarlem te 'modelle
ren'.48' Op 9 augustus 1741 leverde Xavery het marmeren beeldhouwwerk
op.49' Kennelijk was het geen probleem dat het werk niet binnen de con
tractueel vastgestelde termijn werd voltooid.
De Haarlemse opdrachtgevers waren zeer tevreden met het 'konst-
stuck' en het orgel. Christiaan Müller ontving, na een grondige inspectie
van het orgel door een commissie van organisten, als blijk van waarde
ring enkele geschenken, waaronder een zilveren tabaksdoos. Hiermee
was een bedrag van vijfhonderd gulden gemoeid. Zijn twee knechten
mochten honderd gulden onderling verdelen.50' Hendrik van Limborch
ontving duizend gulden als dank voor zijn aandeel in de Haarlemse orgel
bouw.51' Jan Baptist Xavery kreeg hij als blijk van bijzondere tevredenheid
van zijn opdrachtgevers 150 gulden extra om onder zijn knechten te ver
delen.52' Franciscus Oudendorp, gewezen rector van de Latijnse School,
ontving een beloning van 52 gulden en 10 stuivers voor het formuleren
van Latijnse spreuken op het basreliëf van Xavety en boven de klavieren
van het orgel.53'
Beschrijving van het beeldhouwwerk
Het hoogreliëf van Xavery verbeeldt de personificatie van de Godsvrucht
die de Dichtkunst en de Muziek ontmoet.54' De beelden zijn geplaatst op
een zwart marmeren altaar. De Godsvrucht is uitgebeeld als een vrouw
die een lang tot over de grond neerhangend gewaad en een hoofddoek
draagt. Ze staat op haar rechterbeen en heeft het linkerbeen licht gebo
gen. Haar lichaam en hoofd zijn naar de andere twee figuren gedraaid.
Aan haar voeten ligt een hoorn des overvloeds. Ze heeft een offerschaal in
haar hand. Achter haar staat een altaar met brandend vuur, een symbool
van liefde of geloofsijver. Daaronder zijn drie koppen van offerdieren ge
beeldhouwd. De massieve plint is voorzien van de signatuur 'J:B:Xavery F:'
De Dichtkunst is voorgesteld als een vrouw die een geopend boek in
DENNIS DE KOOL 121