f3000.- geschiktheid tot werkenf750.- dooöelijken afloop, f 250*een voet of een oog; f f20»H duim of wijsvinger; f50- ars
Dit nummer bestaat uit 20
geil ustreerd
waaronder het
in acht bladzijden.
Leekepresken.
f40-
AI!eeia~
Zaterdag 21 Februari 1925
48ste Jaargang No. 15974
Advertentiën 35 cents per regel.
Komt er tijdens de Bloemententoon
stelling een tramconfiict?
R.-K. Damclub „Ons Genoegen".
Feestavond „St. Marcus".
Alliance Francaise.
DE GRENSREGELING
VAN HAARLEM.
Een wetsontwerp spoedig te
verwachten?
Uitvoering Patronaat O. L. Vr.
Rozenkrans.
onze „Edison Phonograph 1S22" eens
beluisteren
vertegenwoordiger der New. Edison
Pbonograpf. Ook voor Piano's en
Orgels eenigst adres
bij:
N. V. I®. v. OOIJ
„St. Raphaël", afdeeling
St. Augustimis.
Het Pensioenreglement.
Causerie R.-K. Relsvereenigitig.
MUZIEK.
„Zang en Vriendschap".
Herwonnen Levenskracht."
Telegraphisch Weerbericht.
Haarlemsche Voetbalbond.
De abonnementsprijs bedraagt voor
Haarlem en Agentschappen:
Per week 0.25
Per kwartaal 3.25
Franco per post per kwartaal bij
vooruitbetaling 3.58
Bureaux: NASSAULAAN 49.
Telefoon No. 13866 (3 lijnen)
Postrekening No 5970.
Bij contract belangrijke korting.
Advertentien tusscben den tekst
als ingezonden mededeeiing 60 ct,
per regel op de ls Pagina's 75 ct.
per regel. Vraag- en aanbod-ad vera
tentiën 14 regel 60 ct. per plaat
sing: elke regel meer 15 ct., bij
vooruitbetaling.
bij een breuk van
arm;
bij verlies van een
andere vinger.
78.
ONMISBAARHEID.
Er is dezer dagen een bekend man uit het
openbare leven terug getreden, een man
wiens naam meer dan dertig jaren aan alle
Nederlanders Bekend is geweest. Wij bedoe
len den leider der sociaal-democraten, IroeF
stra. Nog levendig staat hij in onzen geest,
zooals wij hem in zijn besten tijd, dat wil
zeggen in dien van zijn lichamelijke kracht, op
de groote volksmeetings in Amsterdam aan
troffen, met drie, vierduizend menschen on
der zijn gehoor. Er werd steeds voor ge
zorgd, dat hij een uitgebreide ruimte rondom
zich vrij had; want hij sprak niet alleen, hij
acteerde ook. Hij moest vooruit kunnen
schieten als een pijl uit een boog, onstuimig
links en rechts en achterwaarts kunnen uit
en terugvallen. En als hij de lange, lenige fi
guur met de saterskop, waaraan de groote,
gekromde neus zooveel expressie gaf, over
de leuning van zijn spreektribune voorover
hoog, de handen, met vingers als haken, voor
aet publiek liet bewegen, de massa ais het
ware tot zich trekkend, dan leek die opbou
wer van het socialisme in Nederland meer
demon dan mensch. Nu nog, twintig en meer
jaren later, staat die geweldige volksredenaar
in levende lijve ons voor oogen. Wie in hec
iocialisme een groot godsdienstig en maat
schappelijk gevaar ziet, zooals wij, bekijkt
deze figuur zelfs in de herinnering van het
verleden, niet met vriendelijke oogen. Maar
wie de kracht en de macht van zulk een
mensch in diens sterke jaren gepeild heeft,
kan zich de verslagenheid en den weemoed
voorstellen van degenen, die zich de geeste
lijke kinderen rekenen van zulk een reus.
Daarom hebben wij met belangstelling ge
volgd, wat de socialisten zelf en vooral zij,
die eens aan de voelen van den rooden leer
meester als leerlingen hebben gezeten, over
het vergaan van deze grootheid te zeggen
hadden. Wat ons het meest getroffen heeft,
zijn deze zinnen geweest in een schriftelijke
lofrede aan den vooravond van het eerste
roode congres zonder Troelstra:
laten wij elkander op dit oogen-
bllk goed zeggen, dat wij Troelstra's schei
den alléén tot een grootsche hulde kun
nen maken door hem manmoedig te zeg
den, dat wij hem missen kunnen. Dat de
afsluiting van zijn leiderschap ook de eind
paal zou zijn van de glorie onzer partij,
ware geen loffelijk paspoort voor een man,
die geVerkt heeft voor de toekomst al
léén. Integendeel, zijn hoogste lof is ons
aller gevoel, dat zijn heengaan ons de blij^
moedigheid, niet den moed rooft op dit
congres. Wij verliezen herder n< ch
'oogd, wèl den allcreersten kameraad.
Zijn gemis maakt ons verslagen, maar het
verslaat ons niet. Hij wil van ons wèg
aaar het verleden, maar wij zullen hem me
te nemen de toekomst in!"
Het staat in deze ruFriek niet aan ons ter
beoordeeling in hoeverre het hier gegeven
beeld juist is; in hoeverre de Nederlandsche
«ociaal-democratie van Troelstra's heengaan
te lijden zal hebben. Wij willen deze woor
den slechts nemen als aanleiding om iets te
zeggen over onmisbaarheid van personen. Is
het waar, wat hier van den leider der Ne
derlandsche socialisten gezegd wordt, dan is
dit zeker de hoogste lof, welken zijn vereer
ders hem kbnden toezwaaien.
Dat woord onmisbaarheid wordt maar al
te vaak geheel verkeerd gebruikt, 't Is ver
klaarbaar, dat aan het graf van een vader of
een moeder van een groot gezin, die in de
kracht der jaren wordt weggerukt, getreurd
wordt over wat men menschelijkerwijze een
ontijdigen dood noemt en dat men den ge
storvene onmisbaar en onvervangbaar noemt
jp zijn of haar plaats. Een vast geloof in de
alles beschikkende Voorzienigheid moest zul
ke woorden terughouden; maar zij zijn ver
klaarbaar in oogenblikken, waarin de geest
door de droefheid beneveld is.
Dwazer is het bouwen op bepa^'L; perso
nen met meer dan gewone capaciteiten. Dat
iemand tracht zich „onmisbaar" te maken
is van een persoonlijk standpunt uit be
schouwd, verklaarbaar en begrijpelijk. Maar
wie zich regelt naar die onmisbaarheid doet
even dom als hij, die meenen zou den dood
te kunnen ontloopen. De broosheid van het
leven moet altijd een waarschuwing zijn om
zich zóó in te richten, dat de dood niet en
kel ons zelf in onzen eigen persoon maar ook
niet in die van anderen verrast. Het is licht-
cinnig zich zóó aan een ander vast te klam
pen, als ware deze onsterfelijk of de ster-
venskans uit onze berekeningen weg te cijfe
ren. Hoe toont iedere dag opnieuw de dom
heid van zulke redeneeringen. De levensver
zekeringsmaatschappijen kunnen ontroerende
drama's publiceeren van menschen, die zich
wel wilden verzekeren, maar in den onge-
schokten bloei eener heerlijke gezondheid
uitstelden van den eenen dag in den ande
ren. Totdat de weduwe zich de haren uit het
hoofd trekt. En wat geldt voor den financi-
eelen waarborg, geldt evenzeer voor alles,
wat op de „onsterfelijkheid" van een onmis-
I baar gewaand persoon gebouwd is.
I Spreekt deze waarheid echter al heel ge
makkelijk tot het gezond verstand, minder is
dit het geval met dezen stelregel, dat het in
vele gevallen onverantwoordelijk kan zijn
zich zelf onmisbaar te maken Hoe grooter en
zwaarder de taak is, welke op iemands
ichpuders is gelegd, hoe dwingender ook zijn
plicht om aan den tijd te denken, waarin hij
er niet meer zal zijn. Het wordt wel eens als
de hoogste lof beschouwd, wanneer men aan
't graf van een grooten doode verkondigt: mei
hem is alles heengegaan; zijn levenswerk
moet met hem verdwijnen; zonder hem ont
valt den achterblijvenden alles. En in den
roem, die om de nagedachtenis van zulke
leiders, organisators of energieke werkers
wordt geweven, wordt al te gemakkelijk ver
geten, dat die lof heel w"at verwijten kan be
vatten. Immers, wie niet voor eigen eer of
voordeel werkt, maar. zijn levensarbeid
vruchtdragend voor anderen wil maken, wie
dus in en door zijn arbeid over het graf wil
heengrijpen, die moet zóó bouwen, zóó orga-
niseeren, zóó leiden, dat, hoe langer hij
leeft, hoe steviger zijn maaksel wordt, ste
vig, dat wil zeggen, zelfstandig. Het gaat
daarmee als met de opvoeding: het best
slaagt hij, die tot zijn volwassen pupil kan
zeggen: nu hebt ge mij niet meer noodig; gij
kunt op eigen beenen staan
Het schitterendste voorbeeld van een vol
maakte organisatie is voor ons altijd de
Roomsche kerk. Welke groote figuren hebben
wij, levend geslacht, sinds Pius IX, al niet in
haar leiding zien verschijnen. Maar of een
Leo XIII, de bouwer naar buiten, of een pius
X, de reformator naar binnen, viel, de Kerk
bleef in haar organisatie ongeschokt voort
bestaan. Dat is 't voorbeeld voor ieder, het
zij zijn levenstaak bescheiden of verheven,
eenvoudig of omvangrijk is. Angst voor den
dood mag nooit tot slapheid of neerslachtig
heid voeren; maar de zekerheid van het ein
de van alle leven moet altijd de verantwoor
delijkheid doen gevoelen om zóó zijn leven
in te richten, dal, wanneer de ruit breekt,, de
overblijvenden niet hulpeloos bij de scherven
zitten. Onmisbaarheid mag niet anders zijn
dan een vleiende term; in werkelijken zin is
ze meer blaam dan lof, want niemand mag
zich onmisbaar maken, wanneer hij ook niet
de zekerheid van, zijn voortbestaan kan waar
borgen. En die zekerheid kan niemand ge
ven, nog niet voor ééne minuut.
HOMO SAPIENS.
„Het Weekblad" der Ned. Vereen, schrijft
over deze aangelegenheid
„Zelfs al heel luid mompelen zij, (het gaat
over het ontevreden tramweg personeel),
als de Bloemententoonstelling wordt geopend
moeten wij maar eens knokken, want zij
redeneeren zoo, de N. Z. H. gebruikt altijd
advocatenslimmigheidjes, en niet alleen tegen
ons, maar tegen al de organen in onze Haar-
lemsche samenleving, want alles spreekt hier
van „die trem".
Het personeel voelt bij intuïtie, dat zijn
positie in gevaar is, dat het met de populari
teit van de tram uit is. Dat de maatschappij
niet zal blijven exploiteeren als er geld bij
moet, en dat zij de eerste slachtoffers zijn
van1 de tram-chaos die zich bezig is in Haar
lem te voltrekken.
Het personeel, waarvan de Directie meent
dat het nog vreeselijk dom is, voelt alle ver
schijnselen in slechten zin de tram rakende,
en ook wel andere, voor zoover als het dan nog
werkelijk dom is, instinctmatig. Dat b.v.
het rekensommetje van Treub, en overgeno
men volledig door den heer Burgersdijk,
niet opgaat, weten zij allang, al zijn er onge
lukkig genoeg ook een paar door dat reken-
rekensommetje in slaap gesust.
Boter bij de visch is nu hun rekensom.
Niet wachten tot de zomer voorbij is, als de
tentoonstelling is afgeloopen, als de zee niet
meer trekt, en als de N.Z.H. weet welke por
fier aangesteld is aan het Departement van
Waterstaat.
Hooger loon, de achturige werkdag en
vooral de eenmanswagen weg, want de een-
manswagen is de rottende en etterende won
de in het Haarlemsche trambedrijf en zal de
oorzaak zijn, dat hier een bloeiend autobus-
verkeer zal ontstaan, maar dat voor het per
soneel de ondergang zal zijn."
Gisteravond had in een der zalen van ge
bouw „St. Bavo" aan de Smedestraat een
vergadering plaats van de pasopgerichte
R.K. Damclub „Ons Genoegen".
De waarnemende Voorzitter de heer R.
Panne keet heette de aanwezigen van harte
welkom en hoopte dat nog meer personen
zich voor het lidmaatschap der nieuwe ver-
eeniging zouden opgeven.
Vervolgens werd het concept statuten en
Huishoudelijk reglement door de vergade
ring zonder enkele op- of aanmerking goed
gekeurd. In het nieuwe bestuur dat hierna
gekozen werd hebben zitting de heeren N.
R. v. d. Berg, voorzitter L. C. Stevens, Joh.
Jelgersma, C. Stijnman en N. B. van Gastele
bestuursleden.
Tot afgevaardigden voor de vergaderingen
van den Ned. R.K. Dambond werden be
noemd de heeren N. R, v. d. Berg, L. C.
Stevens, M. v. d. Pavert en C. Stijnman.
Na nóg enkele mededeelingen sloot de
heer Panne keet deze prettige vergadering
met den Christelijke groet.
Woensdag 25 Februari a.s. houdt het Dis
trict Haarlem van den Nederl. R.-K. Dam
bond een algemeene vergadering in het R.-K.
Vereenigingsgebouw te Heemstede des avonds
half 8. Op de agenda staan o.a. vermeld,
bespreking returnmatch tegen West Fries
land, voorstel. Bestuur-inlassing R.-K. Dam
club „Ons Genoegen", in de loopende com
petitie met 2 tientallen.
Donderdag vierde de R.-K. Vereeniging
van Groenten, aardappelen en Fruithande
laars „St. Marcus" haar jaarfeest in ge
bouw „St. Bavo".
Wegens ziekte van den voorzitter, den heer
Van Kessel, opende de 2e voorzitter, de
heer Bakkenhoven, den feestavond met
den christelijken groet en sprak een woord
van welkom. Tevens spoorde spreker de le
den aan om trouw ter vergadering te komen
en bij te voeren acties achter het bestuur te
staan.
Het muziekgezelschap „De Krekel"en
de heer G. de Vos, humorist, die mede
werking verleenden, hadden spoedig een aan
gename stemming onder de aanwezigen
gebracht.
Waar de heer de Vos op zich genomen had,
het publiek te laten lachen, heeft hij zich
schitterend van zijn taak gekweten. Er is
gegierd.
De heer Bertholié die eemge solonummers
ten beste gaf, oogstte veel succes.
Een drietal verlotingen om zeer mooie
prijzen viel zeer in den smaak.
Alles bij elkaargenomen, is het een zeer
geslaagde avond geworden en kan de feest
commissie met trots op haar werk neerzien.
„St. Marcus" heeft op waardige wijze
feest gevierd.
Overdenkingen in het park van Versailles!
De Conferencier, M, André le Breton, die
Vrijdagavond voor de Alliance Frarigaise
optrad had dit onderwerp voor zijn causerie
gekozen.
Hoeveien onzer kennen niet Versailles. c.n
zeer zeker was ook in de bijeenkomst van
Vrijdagavond een groot deel der aanwezi
gen geweest op de plaatsen, welke zij nu
op het prcjectiedoek te zien kregen.
Imposant is de aanblik van deze vorste
lijke gebouwen met machtige gevelbreedte,
den grootschen aanleg van parken, tuinen,
boompartijen, de breede alleeën, de prach
tige vijvers en fonteinen. Maar de bezoeker
ontkomt niet aan de melancholie, die er
van deze majesteit uitgaat en onwillekeurig
gaan de gedachten terug naar het verleden,
waarin deze omgeving straalde van aardsche
pracht en grootheid en we behoeven slechts
namen te noemen als Lodewijk XIII, XIV en
XVI om ons in den geest terug te roepen
het luisterrijke tijdperk van Versailles, dat
na den dood van dezen laatsten in het
verleden is weggegleden Want latere vor
sten hebben Versailles niet meer bewoond.
Zij kozen St. Germain of Fontainebleau tot
hun verblijfplaats Napoleon heeft enkele
weken in 't klein Trianon gewoond.
Latere tijden hebben het grootsche ver
leden van Versailles niet meer kunnen doen
herleven. Versailles is gebleven de verlaten
grno'beid, waar de eenzame wandelaar zoo
licht vervalt in bespiegelingen. Dichters
(Chateaubriand, Victor Hugo, Alfred de
Musset) hebben Versailles bezongen.
Toch, zegt M. le Breton, doorhuivert ons
bij een bezoek aan Versailles niet het deso
late van het verleden. Want het Verleden is
er nog. De prach'ige zalen zijn nog aan
wezig, het décor is intact. Hét kost geen
moeite zich het verleden in te leven. Wan
delend in deze omgeving vinden we er stof
voor ze'foverpeinzing. We keefen er in tot
ons zelf.
Zooals de heer Sauveur opmerkte in zi:n
slotwoord, had de spreker ons door zijn
lezing van hedenavond niet alleen voedsel
voor den <*eest gegeven, maar ook voedsel
voor het hart.
Binnen zeer korten tijd staat den leden
van de Alliance Frangaise een Fransch con
cert te wachten, dat uitgevoerd zal worden
door Fransche artisten. De onderhandelin
gen hierover ziin nog looDende; de heer
Sauveur had echter hoop, dat deze binnen
pnkele dagen haar besW zouden krijgen.
Daarnaast zal in de maand Maart en April
nog een lezing worden gegeven.
's-GRAVENHAGE, 20 Febr. In zijn
memorie van antwoord aan de Eerste Kamer
betreffende hoofdstuk V der Staatsbegroo-
ting 1925 (Binnenlandsche Zaken en Land
bouw) merkt de minister met betrekking tot
de kwestie van grenswijziging en samenvoe
ging van gemeenten op, dat, al kan er be
zwaar in liggen om aan plattelandsgemeen
ten met eigen karakter haar zelfstandig be
staan door samenvoeging met aangrenzende
kleine gemeenten te ontnemen, het vraag
stuk van gemeentelijke grensuitbreiding uit
een anderen gezichtshoek valt te bezien
wanneer het geldt toevoeging aan een groote
centrale gemeente van omliggend landelijk
gebied of van aangrenzende wooncom
plexen.
Een wetsvoorstel tot uitbreiding van het
grondgebied van Haarlem zal, naar verwacht
mag worden, thans spoedig de Staten-
Generaal Runnen bereiken.
Dezer dagen gaf de tooneelclub van het
patronaat O. L. Vr. Rozenkrans een uitvoe
ring voor ouders, donateurs en donatrices.
Reeds geruimen tijd voor den aanvang
heerschtd er in de zaal een aangename
stemming, hetgeen voor een groot gedeelte
te danken was aan den heer J, Peperkamp,
die met veel entrain ecnige mooie muziek
nummers ten beste gaf.
Even over den vastgestelden tijd betrad
de WelEerw. Heer van Rooy, directeur van
het patronaat, aan et uitgekozen en gees
tige woorden de aanwezigen aan te sporen
't patronaat, 't tooneel om met uitekozen en
geestige woorden de aanwezigen aan te spo
ren 't patronaat zooveel mogelijk in zijn wérk
te steunen, waarna hij eindigde met de aan
wezigen een genoeglijken fcvond toe te wen-
schen. Een welverdiend en hartelijk applaus
was het bewijs dat zijn woorden in de zaal
weerklank hadden gevonden.
Hierna werd opgevoerd het sociaal too-
neelspel „De Indringer" een van die tooneel-
spelen, die een grooten aanwinst beteeke-
nen voor onze R. K. rederijkerskamer. Meer
en meer ontmoeten we dillettanten-stukken
die zeer bevredigend zijn en waaruit alle
gezochtheid, overdrijving, onnatuurlijkheid
en onechte vroomheid geweerd wordt, het
geen een tiental jaren geleden zeer zelden
het geval was. Onze tooneelfondsen, die
zich meer specialiseeren op het R. K. dilet-
tar.ten-tooneel, blijken ernstig werk te wil
len leveren. Ook dit spel, weer afkomstig
uit het tooneelfonds „Pieter Langendijk" te
Haarlem, munt uit door stevigen opbouw en
logische verwerking van het conflict.
Op zeer bevredigende wijze werd het spel
voor het voetlicht gebracht en ofschoon alle
spelers zich naar behooren van hun taak
kweten, dienen we vooral De Zwart, Jacob
Fortuine Guurt Kuipper, Nico Boonekamp
en Ad. v. Sateren, te' memoaeeren.
De pauze werd gekort door pianospel
op het nieuw aangeschafte instrument.
't Was een goed geslaagde avond waarop
het patronaat en vooral de Eerw. adviseur
met genoegen terug kan zien.
KRUISWEG 57 - - - HAARLEM
TELEFOON 11230
W
Vrijdagavond vergaderde de afdeeling tram
(R. K. trampersoneel) onder voorzitterschap
van den heer Gcers. Door dezen werd ver
slag uitgebracht van het verhandelde op de
dien middag plaats gehad hebbende confe
rentie tusschen directie en de vakvereni
gingen. Te ruim half acht opende hij met den
Chr. groet en heette de aanwezigen welkom.
Spr. deelde mede, dat het trambestuur
meent, in overweging aan het aldeeliugsbe-
stuur te moeten geven, waar ook thans de
organisatie van de ambtenaren de aange
wezene is, om ook hunne belangen te beplei
ten (voorheen bestond een ambtenaar-vi.rte-
genwoordiging), dat hei juist zal zijn, ook
een lid ambtenaar in het bestuur te doen op
nemen, wat thans zou kunnen, daar de heer
Van Schie heeft bedankt Vervolgens werd
door spr. medegedeeld, dat alhoewel nog een
13-tal punten te behandelen was, deze niet
waren behandeld, daar de tijd van 2 tot 6
uur, gedurende welken d"e conferentie duur
de, gebruikt was ter verdere bespreking van
het pensioen-reglement Bedoelde punten
zouden schriftelijk door de directie worden
beantwoord. Een zestal punten werd dan
door spr. behandeld, die ook op de confe
rentie inzake reglementswijziging waren be
sproken. Breedvoerig werd door hem stil ge
staan bij de behandeling van het artikel,
waarin gemeld is, dat een commissie van bij
stand zou moeten bestaan uit een lid, 'aan te
wijzen door de directie en de overigen, elk
een lid der vakvereeniging. De directie
meende ook een lid te moeten doen aanwij
zen door de ongeorganiseerde ambtenaren.
Dit kwam den vertegenwoordigers der N. V.
aanvankelijk vreemd voor, liever verkozen
zij alleen hun vertegenwoordiger, doch toen
hun uitgelegd was, dat een ander standpunt
toch niet erg democratisch was, veranderde
de koers en stelde men het ten slotte op
priji „St. Raphaël" en P. C. B. er deel van
uit te laten maken. Voor wat de ongeorga
niseerden betreft, dezen zullen zich eerst op
moeten lossen in een vakvereeniging van
ongeorganiseerde ambtenaren en dan dus
toch georganiseerd zijn. zoodat men dus dan
zal krijgen een organisatie van orgeorgani-
seerde ambtenaren.
Van de rondvraag werd door een viertal
personen gebruik gemaakt, die allen in bevre
digenden zin werden beantwoord. Na wijzi
ging van de besproken artikelen van het pen
sioen-reglement zal dit den minister ter
goedkeuring worden voorgelegd en zal dan
het personeel eindelijk krijgen een pensioen
regeling die. hoewel niet de geheele tevre
denheid en instemming gevend, toch in ieder
geval voor het personeel van groote betee-
kenis zijn zal. Aan de commissie van Bij
stand is straks de taak om met haar advie
zen te trachten meer bevrediging te brengen.
Ten slotte deelde de voorzitter mede, dat
op 15 Maart een vergadering voor de achtste
vakafdeeling (tram) wordt gehouden te Breda,
waarbij twee afgevaardigden der afdeeling
Haarlem bij kunnen zijn. Hiervoor zal een
loting worden gehouden onder hen, lie dien
dag vrij zijn. Vervolgens sloot hij onder dank
zegging met den Christelijken groet.
Door het Hoofdbestuur der Ned. Vereeni
ging voor Spoor- en Tramwegpersoneel zal
een vlugschrift over de besprekingen tus
schen directie en organisaties worden uitge
geven. Verder is besloten spoedig een nacht-
vergadering te houden, waarin besprekingen
over de looneischen zullen gevoerd worden.
De afd. Haarlem van de R.-K. Rcisver-
eeniging hield gisterenavond een bijeen
komst in café „Centraal", aan de Groote
Houtstraat, alwaar de heer A. van Emme
rik een lezing hield over Rome, Napels,
Capri en Milaan, verduidelijkt met licht
beelden
Ongeveer half 9 opende de voorzitter, de
heer J. N. Hensen, de bijeenkomst en heette
allen vrelkom Het deed spr. genoegen, dat
de heer Van Emmerik bereid was een reis
naar het schoone Italië weer te geven.
Doch het is ook voor de propaganda van
groot belang. Spr. hoopte, dat deze avond
zijn uilwerking niet zou missen.
Thans nam de heer A. van Emmerik het
woord tot het houden van zijn lezing. Spr.
zette allereerst uiteen, hoe men in Januari
1923 reeds op het idee kwam om reizen te
organisceren en hoe in Augustus d.a.v. een
plan opgesteld werd, dat groote kans van
slagen had. In samenwerking met het Reis
bureau Lissonne werd toen een reis georga
niseerd naar Rome, Napels, Capri en Mi
laan. Spr. schetste op duidelijke wijze en
aan de hand van lantaarnplaatjes het be
zoek aan de Eeuwige Stad en het hoogte
punt, n.l. de audiëntie bij Z. H. den Paus.
Spr. zeide, dat dit het mooiste en heerlijkste
oogenblik was geweest, toen de H. Vader
de reizigers in vloeiend Fransch toesprak en
hun en hun familie en gansch Nederland zijn
zegen meegaf.
De lantaarnplaatjes gaven verschillende
gezichten weer uit Rome, doch vooral ook
uit het moderne Napels. Het eiland Capri
met zijn steile rotsen leverde een grootsch
gezicht op. Ook de platen van Milaan waren
goed. Over het geheel werden ongeveer 160
plaatjes vertoond. Jammer, dat het geen
nieuw-modisch projectie -toestel was, daar
de plaatjes dan wellicht beter geprojecteerd
zouden zijn geweest-
De temperatuur in de zaal was onaan
genaam, koud zelfs. De aanwezigen hebben
genoten, wat vooral te danken is geweest
aan de duidelijke uiteenzetting van den heer
Van Emmerik.
Na beëindiging van de causerie bracht de
heer Hensen eenige woorden van dank aan
den causeur. Spr. hoopte, dat de heer Van
Emmerik de R.-K. Reisvereeniging niet zou
vergeten, wanneer hij wederom een reis
beschrijving zou hebben,
Dirk SchSfer.
Concertbureau Vernout heeft de verdien
ste, ons in den Stadsschouwburg een piano
avond van Schafer te hebben bezorgd. Een
piano-avond, waarover wij geen recensie in
den eigenlijken zin kunnen geven, maar
alleen een verslag, blijvend in den geest der
geestdriftige hulde, door klavierlieven d Haar
lem den kunstenaar vóór 't heengaan ge
bracht.
Hoe onbetwist Schafer's meesterschap
erkend wordt bewees al het verwelkomend
applaus, waarop groote aandacht volgde voor
de sonate in. C, op 2. no. 3, van Beethoven.
De uitvoering daarvan was wel voor menig
een een openbaring het bewijs, dat ook deze
vaak miskende sonate een klaar juweel is
zoo helder en geestig 't allegro één en al
pleitende liefde, teeder en jong-vurig, het
adagio tintelend met zijn bevallige gri-
masjes het scherzo fier en zeker de finale.
Welk een les in Beethoven-spel
Schafer overdrijft de tempi en de accenten
niet hij doet niet aan pathos maar 't is
allemaal zoo klaar en gaaf, zoo weloverwogen
en toch spontaan-innig, dat 't ons trotsch
maakt op deze eenvoudige figuur, die ons
zóó de schatten van den grootmeester uit
Bonn doet zien
De sonate op. 109 droom van bespie
gelende liefde met 't wondere andante,
dat zijn toppen tot in 't bovenaardsche heft,
werd gegeven in 'n heerlijken halftoon, de
zaal vullend met bijna tastbare ontroering.
Schafer was hier geheel de levende men-
schenziel, die als 'n spiegel de heerlijke
schepping weergeeft en toch zoo be-
heerscht, als 'n leeraar, in melodisch en har
monisch exposé, in vaderlijke zorg vooer
iedere noot, het werk doet doorzien.... uit
wijzend en meesleepend tegelijk.
Na de pauze kwam een staal van Schafer's
compositorisch talent, de Toccata op. 18
een interessant en boeiend stuk klankenpraal,
dat ook de virtuositeit van den kunstenaar
nog even scherp deed uitkomen. En dan de
innig-ontstuimige Chopin-sonate op. 35.Hier-
in trof ons 't meest het Piu lento (2e deel),
met de gevoelige affluistering der accoordan
en daa op de Treurmarsch, dien iedereen
meent te kennen, en die toch in deze verfijn
de uitvoering het gehoor sloeg in een ban
van nog dieper stilte, waarop het presto
hoorbare gevoelsontspanning gaf.
Het slot-apnlaus werd een echte ovatie,
waardoor Schafer zich liet bewegen tot een
toegift de Chooin-wals in ges-dur, als
waardig slot van den heerlijken avond blijd
genoten.
E.
De koninklijke Liedertafel gaf ter gelegen
heid van haar 95-jarig bestaan een feestcon-
cert, dat dien naam met recht en met eere
mocht dragen. Het koor voerde, onder mede
werking van het orkest der H. O. V. en met
den heer Lieven Duvosel als dirigent een
aantal werken uit, dat blijk geeft van een
mooie saamhoorigheid, een goeden geest en
een bewonderswaardig uithoudingsvermo
gen. Daarenboven gingen onder leiding van
denzelfden dirigent een tweetal instrumen
tale werken, waarvan het laatste, „Nocturne"
van Landré, voor pns een noviteit was, of
schoon we met recht mogen aannemën, dat
dit werk harmonisch in de Wagner-Liszt-
sfeer gehouden, reeds geruimen tijd gelejien
moet geschreven zijn. Met de „Piet Hein"
rhapsódie beleefde dit stuk een gelukkige uit
voering, enkele hoorntrekjes daargelaten in
laatstgenoemd opus, waar 't geheel wat mar
kanter mocht. Van Nocturne was men 't
over het slctaccoord niet geheel eens. Zoo
men echter weet, dat dit r.llis met en bene
vens de orkestpartijen, der koorwerken en
de veeleischende dito der twee liederen van
Duvosel moest worden ingestudeerd in een
enkele orkestrepetitie, dan staat men ver
baasd, zoowel over de bekwaamheid van de
zen dirigent als instructeur, als over het
groot aanpassingsvermogen van het Haar-
lemsch orkest, dat bovenal in de genoemde
liederen werk leverde, dat den toets der kri
tiek met eere verdraagt..
De dirigent Duvosel schrijft een knappen
orkestsatz. Zoowel voor den tekst van Gezel-
Ie („O. Lied") als op dien van Herman Wirth
vindt zijn penseel dc juiste lijnen en kleuren,
't Laatste doet veel aan Grieg denken, maar
past zich zoo uitstekend bij den tekst aan, dat
er een tonenbeeld ontstaat dat onweerstaan
baar meesleept. Men moest het stuk herhalen.
Dit was voor de zangeres Mevrouw Martine
Dhont een succes. Zij kon hier met haar uit
nemend kopregister buitengewoon mooie
dingen doen en rehabiliteerde zich daardoor
ten opzichte van haar liederen met piano
begeleiding (als steeds door Mej. Emmy van
Eden met groote bekwaamheid, waarbij voor
beeldige volgzaamheid en mooie muzikali
teit weergegeven) op een even frappante als
onverwachte wijze. Want in Diepenbrock's
„De klare dag" met dien wonderen uitroep „O
Eudia I" kon zij noch door dictie, noch door
muzikaliteit voldoende geven om te kunnen
spreken van een bekoorlijke vertolking dezer
wonderschoone muziek. Zij leidde daarenbo
ven af door onbehoorlijk verzorgde uitspraak
en overtrof zich nog in dit opzicht bij Zweers
(Maanlicht.) Maar in de liederen van Duvosel
misgunden wij de zangeres in 't minst niet den
bijval, dien zij oogstte. Zij moge zich blijven
hoeden, in haar streven naar een doorzichtige
kleurgeving den zin der poëzie en de uit
spraak te weinig haar aandacht te schenken.
Haar zingen zal dan een dieperen indruk ma-
laten. Want vocaal is zij tot uitnemende din
gen in staat.
Het zingen van het koor kan zonder voor
behoud met eere vermelden.
Zijn serieus studeeren stelde ons in staat,
een jeugdwerk van Philip Loots (Lofzang,
Psalm 148) naar waarde te genieten. Een
contrapuntisch kunstwerk, zooals de koren
in Loot's lateren tijd, is deze lofzang nog
niet. Maar uit de (zeer mooi gespeelde) or
kestinleiding en de hieruit ontvloeiende zang
melodie spreekt zoo onbetwistbaar de kun
stenaar zooals we dien uit de Piuscantate ken
nen, dat er slechts enkele momenten noodig
zijn, om van dit werk toch een indruk te ont
vangen, die langer blijft dan den dag van uit
voering alleen. Een dier „Loots"-regelen von-
Maandagavond wordt een lichtbeelden
avond gegeven door den Hoogeerw. heet
Deken over Palestina in „Sint Bavo" er
de baten er van komen „Herwonnen Le
venskracht" ten goede. Het bestuur van
„H. L." vertrouwt op een goede opkomst
en een goede recette voor de kas der ver»
eeniging.
Of dit laatste noodig is?
Lees onderstaand historisch briefje en
oordeel zelf:
„Geachte Heer. Tot mijn spijt .vernam ik
hedenmorgen van J., den melkboer, dat
plotseling de melk voor mii bestemd, werd
ingetrokken. Ik kan mij er vandaag maar
geen voorbeeld van geven en prakkezeer
er ook den heelen middag al over hoe dat
zoo ineens gekomen is. Van September a!
lig ik beneden in bed, nadat ik den heelen
zomer boven heb gelegen. Ik leef nu nog
slechts op melk en' kan dus zoo slecht ver
sterkend voedsel missen, Zoudt u niet nog
eens een goed woordje voor mij willen doen
bij het bestuur. Al hield ik dan maar wat.
Van bed mag ik nog niet af. Ik hoop dat
u mij kunt helpen. Als u kunt, komt dan
eens langs, dan kan ik het beter zeggen.
Op bed schrijve:, is zoo lastig."
Kijk, dat is een briefje, een historisch
briefje, zoo eenvoudig, niet waar. maar
daarom ook zoo welsprekend
dat een beschermelinge van „Her
wonnen Levenskrachtschreef aan een der
bestuursleden, toen het bestuur, door fi-
nancieelen nood gedwongen, de toezending
van melk aan deze patiënt liet ophouden.
Is dat niet hartverscheurend?
U ziet, u voelt hieruit op welke nuttige
wijze, uw steun aan Herwonnen Levens
kracht wordt besteed, Is er wel dikwijl»
dankbaarder voorwerp, waaraan men zijl.
offervaardigheid kan ten toon spreiden,
dan zulk een zieke, die snakt naar verster
kend voedsel/
„Herwonnen Levenskracht" heeft geen
geld meer, het heeft alles uitgegeven. Het
is gelukkig, zouden wij zeggen, dat het al-,
les heeft uitgegeven, want daarmede ziin
tal van patiënten geholpen, maar als „H,
L." geen geld meer heeft, gaan tal van zie-
ken achteruit. Dat mag niet en dat zal nie»
als „H. L." maar geld heeft. Wie kan, helpe
dus de kas van „H. L.' stijven door het be
zoek aan den lichtbeeldenavond te bevor
deren
den wij in het deel, dat de slotstrofe besluit
Een mooi moment was ook, vóór dit slot.
deel, het teruggrijpen op de orkestinleiding.
Vlekjes in 't koor waren de slotregel der mid
denstrofe en de moeilijke overgang bij de te
noren in den opzet („blijft uw zoete stemmen
meng'len"), terwijl er aan 't eind van deel I
een inzinking viel te constatecren.
Men bedenke echter dat dit hei eerstge-
zongen werk was op dezen avond. Inzinkingen
in Wagenaar's werk (Fantasie over een oud-
Ned. lied) vielen met geen mogelijkheid te
ontdekken: dat was alles frissche kloeke man-
nenzang, zooals wij een mannenkoor het liefst
hooren zingen. Het was een schoon besluit
van dit feestconcert, dat naar mijn gevoelen
wat al te veel de herinnering opdrong aan een
vroolijk besloten Koninginnedag, vanaf d»
kinderzangdemonstratie (Van Anrooy's'„Piet
Hein", Wagenaars' '„volksliederen") tot
Zweers (ons Hollandsch) en de glorieuz'
vuurwerkbekroning met koper begelei
diig „Hollands Glorie" van Rich. Fo'.
Voor de noviteiten, waaronder Duvosel's
orkestliederen, kunnen wij echter zeer er«
kentelijk zijn.
G. J. K.
(nedegedeeld door bet Kon Ned Mefefc
rologisch Instituut Ie De Bildt
Naar waarnemingen in den morgen va»
21 Februari.
Hoogste Barometerstand 763.1 m.M. te
Janmayen.
Laagste barometerstand 746.0 m.M. te
Akureyri.
Verwachting van den avond van 21 tot
den avond van 22 Februari:
Zwakke tot matige Oostelijke tot Zuid-
Oostelijke wind, nevelig balt tot zwaarbe
wolkt, waarschijnlijk droog weer, licht»
vorst 's-naclils, overdag dooi.
Wedstrijd programma voor Zondag a.s
la. Haarlem 3—H.F.C. 3.
Schoten 2—E.D.O. 3.
lb. E.H.S.—H.S.V.
H.F.C. 4—D.O.A.
Zandvoort 2T.H.B. 2.
lc. R.C.H. 4Schoten 2a.
I.V.O.—T.H.B. 3.
E.D.O. 4Haarlem 4.
2a. Hillegom—E.H.S. 2.
Tfalfweg 2Spaarnestad.
SpaarndamHoofddorp.
2b. V.S.V. 2Haarlem Veteranen,
Kennemers 2Hillegom 2.
D.I.S.—H.G.S.C.
RipperdaE.G.K.
2c V.V.H. 2Stormvogels 4.
D.I.O. 2Aurora 2.
Kennemers 3E.D.O. 5.
2d. Ripperda 2Zandvoort 4.
Haarlem 6Kinheim 2.
3a. R.C.H. 8—E.H.S. 3.
R.C.H. IX—E.D.O. 7.
3b. Spaarndam 2I.V.O. 2.
T.H.B. 4—Bennebroek "2
E.D.O. 6—D.I.S. 2.
3c. Bloemcndaal 4H.F.C. 7.
Haarlem 8—R.C.H. X.
E.D.O. 8—R.C.H. XI.
3d. H.G.S.C. 2Spaarnestad 3
Halfweg 3—D.O.A. 2.
Bloemendaal 5D.I.S. 2.
3e. Hillinen 3Ripperda 3.
ZefemeeuwenHillegom 3.
V ijfhuizenDS.K.
3f. Zeemeeuwen 2Spaarnevog. 3.
Hoofddorp 2—V.O.G. 2.
D.O.A. 2L—D.S.K. 2.
3g. Stormvogels 5Spaarnevogels
StormveldV.S.V. 3.
3h E.H.S. 4—E.D.O. 9.
Spaarnevogels 2D.S.K. 3.
3i Kennemers 6V.S.V. 4.