DE PADDENTREK Gedurende enkele weken per jaar vindt op verscheidene plekken in ons land de paddentrek plaats. Deze trek komt ook voor in onze gemeente, bijvoorbeeld in de omgeving van de Brouwerskolkwegde duinen en de Hoge- Midden- en Lage Duin en Daalseweg Gedurende de koude verschuilt de pad zich in de grond, onder bladeren en in holletjes in de duinen. Bij een minimumtemperatuur van acht graden en liefst tijdens of na de eerste voorjaarsbui verlaat de pad na het invallen van de duis ternis de winterverblijfplaatsDe nachtelijke wandelaar zal eerst nog argeloos de zwarte hoopjes op wegen en paden omzeilen, maar poetst hij de bril schoon en zakt hij door de knieën dan ontwaart hij een uniek natuurgebeuren. Grote dikke padden, vaak nog met zanderige en met bladeren beplakte rug, wandelen naar het dichtstbijzijnde water, soms enkele honderden meters van het vertrekpunt ver wij derd. Tijdens deze wandeling wordt er "geblafd", dat wil zeggen maakt de pad een zacht piepgeluid. Zo wordt een partner gelokt. De tocht naar het water heeft tot doel dat de eieren in de buik van de vrouwtjespad worden bevrucht. De eieren worden als zogenaamde eiersnoeren in het water afgezet. De bevruchting onderweg is weggelegd voor de mannetjespad, die gelokt door het geblaf de rug van de vrouw tjespad beklimt. Vervolgens hobbelt hij op de rug mee naar het water, de ogen gelukzalig half geloken, de blik op oneindig. De paringsdrift kan zeer hoog oplopen. Een driehoeksverhouding, twee mannetjes padden op de rug van een vrouwtje is niet ondenkbaar. De vrouwtjespad kan vervol gens geen poot meer verzetten. Het hele gebeuren vindt plaats binnen drie a vier weken. De eiersnoeren worden in het water afgezet in een cirkel, met de stand van de zon mee. De zon kan op haar beurt door het verwarmen van de snoeren de eieren doen uitkomen. De pasgeboren padden kruipen in de maanden juni en juli aan land. Het bijzondere aan hun tocht naar hun verblijfplaats op het land is dat zij precies dezelfde weg lopen, maar dan in omgekeerde richting, als hun ouders in het voor jaar hebben gedaan. Bebouwing, aanleg van paden en wegen hebben er voor gezorgd dat de pad tijdens de trek blootstaat aan grote gevaren. Jaarlijks vinden grote slachtingen onder de padden plaats, verminkt, platgereden onder autowielen. De dood van een vrouwtjespad betekent ook het verlies van zo'n 3000 eieren. De pad heeft geen enkel verweer tegen deze gevaren. Ondanks grote veranderingen in zijn natuurlijke leefmilieu blijft hij trekken. Zo zal hij on een gegeven moment zijn trek met de dood moeten bekopen. De doodgereden pad maakt od de jachtige mens net zo weinig indruk als de vele platte hopen veren die in het voorjaar onze wegen "ontsieren". Want ook vele vogels verliezen in het voorjaar in hun verliefdheid eerst figuurlijk, maar tijdens het zoeken naar voedsel langs autowegen ook letterlijk hun kop. Voor het tweede opeenvolgende jaar heeft het College van Burgemeester en Wet houders van onze gemeente bewoners toegestemd de paddentrek on de Lage Duin en Daalseweg te beschermen door het afsluiten van de weg. Bewoners ervaren dit samenspel met de gemeente om een uniek natuurgebeuren veilig te stellen als zeer positief. Want wordt het niet tijd dat waar mogelijk niet het dier zich aan de mens, maar de mens zich aan het (overgebleven) dier aanpast? Carla Verwoerd 30

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1983 | | pagina 31