Nadat de familie Huisinga het plan had opgevat te stoppen in Bloemendaal, lieten
zij op 12 september 1812 bij kastelein J.C. Sprenger in het 'Rechthuis' te Over-
veen hun bezit, bestaande uit het woon-winkelhuis met de daarachter gelegen
schuur en stalling, veilen,
Philip Adam Engelman, in de volksmond Johan Engelman, werd de nieuwe eigenaar.
Geboren in december 1781 te Haarlem, was hij tot die tijd werkzaam bij de Haar
lemse broodbakker Hendrik Weibrink in de Lange Margarethastraat, nu nr. 48. In
datzelfde pand was tot 1928 nog een bakkerij gevestigd. Engelman trouwde Anna
Maria Brecel en ze zouden 4 kinderen grootbrengen. Hun buren waren aan de zuid
kant Lambert Rouwensmeester-timmerman, en aan de noordkant de weduwe Moerkerken.
Twee generaties lang bleef de familie Engelman aan de Bloemendaalseweg. Na 23
jaar komt Engelman te overlijden, op dat moment zijn er van de 4 kinderen nog 3
thuis, die minderjarig zijn en waarover de zoon van buurman Rouwens toeziend
voogd wordt. Deze Nicolaas Rouwens zou burgemeester worden in onze gemeente van
1823 tot 1853. De weduwe Engelman besluit desondanks de zaak voort te zetten en
de jongste zoon, genoemd naar zijn vader Johan Adam, komt haar daarbij assiste
ren. Ook zij hebben een weiland bij hun bezit, nu wat dichterbij dan Boelhouwer,
namelijk gelegen ten noorden van de huidige Dr. D. Bakkerlaan tussen de Bloemen-
daalse vaart en de buitenplaats 'Hartenlust'die in die tijd van grote omvang is.
In 1839 is hoogstwaarschijnlijk de stalling aan vernieuwing toe, want in dit
-gebouw op de achterplaats, thans bewoond dpor Rutte jr., zit een steen ingemet
seld met de volgende tekst:
WED. J.A. ENGELMAN _7_
GEB. A.M. BRECEL 12
Na haar overlijden in 1851 zet de zoon
de zaak alleen voort (8)Vier jaar
later was 22 mei een donkere dag in
zijn leven: zijn schuur gelegen tegen
over de stalling annex bakkerij werd
geheel door brand verwoest, doch na
enige inspanning was na korte tijd de
schade weer hersteld. Omstreeks deze
tijd komt ook de benaming 'Voorbuurt'
voor het eerst in gebruik, nadat dit
woongedeelte van Bloemendaal altijd de
'Buurt' was genoemd.
In 1863 komt als nieuwe eigenaar van
de Trompetter Reinier Slot aan de
beurt, het zou ook tevens de laatste
familie zijn die in drie generaties
het brood en de kruidnoten nog gedu
rende bijna honderd jaar zou bakken.
De transaktie vond weer plaats in het
Rechthuis, maar nu genoemd logement
'Van Ouds Het Raadhuis' te Overveen,
waarvan Gerrit Rij nierse toen de
kastelein was. Reinier huwde Wesselina
de Wilde en zij zouden 8 kinderen
krijgen, waarvan er verschillende in
de broodbakkersnering zouden belanden.
De jongste zoon, Hendrik Arent, zou in
Afb. 2: De Trompetter omstreeks 1900
10
