zijn voetsporen treden, zoals dat vele malen voorkwam in die tijd (afb. 2). Toen
het zover was dat Hendrik Arent in 1900, nadat zijn vader was overleden, met
zijn vrouw, Cornelia Begeer, de zaak zou gaan leiden, kwamen er de nodige veran
deringen
In 1903 liet hij door de hier pas gevestigde aannemer Gebr. Verduin het woon
winkelhuis verbouwen, zo dat van het leuke lage oude pand het aanzien geheel
verdween. Het huis werd grotendeels nieuw opgetrokken, een verdieping hoger dan
het oude, en in de gevel werd de tekst geplaatst: "gebouwd 1643 - verbouwd 1903".
Nu, van dat eerste jaartal klopt niet veel, want in dat jaar is de bebouwing al
drie jaren gereed, maar vroeger keek men niet zo nauw. Jan Cornelisz was namelijk
in 1640 de bouwer van het winkelpand op de erfpachtgrond van Joris Jansz Suurland,
die tevens zijn buurman was.
Afb. 3: Reinier en Matilda Slot voor De Trompetter na. de verbouwing1903
Hetzelfde uithangbord dat de oude bebouwing sierde, werd opnieuw aan het nieuwe
pand gehangen, wat ook het geval was met het zonneluifeltje waaraan overdag de
zakjes kruidnoten hingen, het stoepje met de gele klinkertjes en het bankje
werden, met de winkeldeur, eveneens gespaard. Bij deze gelegenheid metselde het
2-jarig zoontje Reinier, vernoemd naar zijn grootvader, de eerste steen op 15
december 1902. Nadat de verbouwing klaar was, werd Reinier met zijn zusje Matilda
op de foto vereeuwigd (afb. 3)
Hendrik Arent Slot was een man die altijd met grote inzet zijn bedrijf uitoefende.
Zo kocht hij in de twintiger jaren twee winkelhuizen erbij: het pand Verbindings
weg hoek Kinheimweg, waarin de bij hem in dienst zijnde heer Tuyl en zijn vrouw
woonden en winkel dreven, hij had de bakkerswijk en zijn vrouw stond in de brood-
annex snoepwinkel waarin je nog voor 5 cent een wijnbal of zoethout kon kopen.
Hetzelfde was het geval met Arie van der Ham: hij bemande de broodwinkel van Slot
op de hoek Genestetweg-Bloemendaalseweg, nu bakkerij Van Vessem. Zelf had Slot
11