OP REIS.
II est convenu que la vie
aux eaux est fort poétique.
Hippolyte TAINE
Na een strenge winter is weer bijna de zomer aangebroken, het
reisseizoen bij uitstek. Voor velen wordt het reisdoel in sterke
mate bepaald door de mode van "la peau bronzée"of men het nu ver
weg of dichtbij zoekt.
Onlangs herlas ik het boekje "Grosse Welt reist ins Bad", door
H. Biehn en J. Herzogenbergdat in 1960 te München verscheen.
Het behandelt de badmode in de Duitse en Oostenrijkse badplaatsen,
die elk haar eigen bloeitijd beleefden: Aken in de 17de eeuw,
Pyrmont in de 18de-, Karlsbad (Karlovy Vary) in Bohemen en Bad-
Gastein in Oostenrijk in de 19de eeuw, om er enkele te noemen.
Keizers, koningen, adel, gezeten burgers, geleerden, kunstenaars,
avonturiers, demi-mondaineskortom lieden uit aller heren landen
deden er aan mee.
Het waren telkens belangrijke trefpunten van hen, die behoorden tot
de internationaal leidende en toonaangevende kringen van de maat
schappij. Goethe bv. deed zo'n vijfentwintig jaren achtereen een
meestal enige maanden durende kuur in Karlsbad. Daar verrezen in
het midden van de vorige eeuw pompeuze hotels met navenante inte
rieurs, vooral bij de Balkanvorsten zeer in trek. Tot ver in onze
tijd bleven ze onveranderd behouden.
Dit boekje bracht teweeg, dat ik nog eens de aantekeningen overlas,
die mijn grootvader D. Tiemens Kerssen, rentmeester van het toen,
naar Nederlandse begrippen, formidabele Borski-bezit in Noord-
Holland, meestal aangeduid met de naam van het belangrijkste daar
toe behorende buitengoed: "Elswout", van 1878 tot en met 1914 heeft
gehouden van zijn reizen naar Karlsbad, die hij sedert 1899 placht
af te wisselen met Bad-Gastein.
Ik deed er een greep uit.
Ze beginnen op 6 Juni 1878 met de zinsnede: 1sMorgens ten half zes
ure per vigilante van Elswout vertrokken tot Haarlem". Per spoor
gaat de reis verder en in de late avond van de 7de wordt 'Karlsbad
bereikt en afgestapt in hotel: "Der Kaiser von Russland". De vol
gende dag wordt onder medische begeleiding begonnen met de drink
en badkuur om baat te vinden tegen een leverkwaal. Iedere morgen
vroeg op. Een korzelige notitie: "Al weer kwam de meid met de klok
van 5 ure wekken". Dan naar de bronnen om te drinken, tot vier be
kers achter elkaar van het vuil smakende, hete water. Verplichte
lange wandelingen na het ontbijt - "viel im Walde" -. 's Middags
na het bad, dat soms twee uren duurde, naar Café Pupp om koffie te
drinken, de "Kurliste" na te zien en er het Handelsblad te lezen.
Zondags naar de "Evangelische Kirche". Eén a twee keer per week
naar een concert, "wat mij wel verveelt". Soms een slippertje:
"Hedenavond naar de danszaal gegaan en eerst over twaalven weder
tehuis". Af en toe een excursie o.m. naar de porseleinfabriek te
Pirkenhammer of een rijtoer door het Ertsgebergte, waar de schaarse
bevolking in zeer armoedige omstandigheden leefde; "De menschen
daar zijn de zigeuners, die bijna naakt loopen. Men moet zeer op
zijn hoede zijn. Wij hadden naast het rijtuig gewapend geleide".
In diens woonplaats Blasewitz bij Dresden bezoekt Tiemens in de zo
mer van 1882 voor het eerst de befaamde landschaps- en tuinarchi
tect C.E.A. Petzold (1815 - 1891), een bezoek dat in volgende jaren
30