telkens zal worden herhaald. Daar werden de eerste plannen besproken voor een nieuwe aanleg van "Elswout" en "Duinlust". Petzold bestierde destijds de aanleg van het fameuze landgoed Muskau in Silezië, dat in 1845 door prins Fre- derik der Nederlanden van prins Hermann Pückler was gekocht. Tal leyrand's nicht Dorothée Biron, prinses van Koerland, tweede herto gin van Dino, schrijft, dat prins Pückler met de kunde van Petzold Muskau maakte tot "le pare le plus frais, le plus vert, le plus fleuri, le plus soigné qu'on puisse imaginer" Op de thuisreis van Karlsbad naar Overveen wordt het in de Boden- see gelegen eiland Mainau aangedaan. Het was sinds 1853 het eigen dom van Friedrich I, groothertog van Baden, gehuwd met prinses Louise van Pruissen, dochter van keizer Wilhelm I. Naar haar werd een perensoort genoemd: "Bonne Louise". De groothertog, een dendro- loog van naam, had het eiland met veel smaak doen beplanten met talrijke coniferen, voor een groot gedeelte afkomstig uit zuidelij ker landen. Het zeer milde klimaat op Mainau maakte een voorspoe dige groei ervan mogelijk. Met een introductie van de in September van het jaar daarvoor overleden prins Frederik op zak, werd mijn grootvader door de groothertog allervriendelijkst ontvangen. Zelf leidde deze hem een hele dag op Mainau rond. Een en ander had tot gevolg, dat in de jaren tachtig op "Elswout" verschillende boomsoor ten en heesters werden aangeplant, die al na enkele jaren tegen ons zeeklimaat niet bestand bleken te zijn. De meeste ervan stierven na enige tijd. Eén ervan, een Wellingtonia (sequoia gigantea Decne), staande aan de rand van de vroegere rozentuin, zuidelijk van het westelijk stalgebouw, bleef in leven, maar lijdt nu een kwijnend b e staan Op advies van de Amsterdamse hoogleraar Pel wordt in 1899 de kuur in Gastein gedaan. Dat was tot de aanleg van een spoorwegverbinding in 1906, slechts bereikbaar langs steile afgronden, gedeeltelijk over een aan kettingen hangend plankier van boomstammetjes. De paarden voor het rijtuig werden dan geblinddoekt en aan het hoofd geleid. In Gastein ontmoet Tiemens Mr H.L.M. Luden, president van de Amsterdamse Rechtbank, met wie hij 's avonds kegelt. Diens kleinzoon, de Heer J.A.W. Luden, legateerde in 1962 zijn Overveense buiten "Koningshof" aan de Vereeniging tot Behoud van Natuurmonu menten Koning Leopold II van België was de eerste, die in 1901 per auto naar Gastein kwam. In de Klamm-pas bleef hij steken. Paardentractie moest hulp brengen. Op zekere dag na een wandeling spreekt de vorst mijn grootvader aan in Café Gamskar. Hij memoreert dan het bezoek, dat hij incognito in de tweede helft van de jaren tachtig aan "Elswout" bracht, toen hij met zijn jacht op de rede van IJmuiden lag. Per vigilante was hij er heen gereden om het niet afgebouwde huis te zien. De bosbaas van "Elswout", G.T. Uiterwijk, die in het poortgebouw woonde, bewaarde ter herinnering aan dat bezoek een Belga, hem toen door de koning geschonken. Sire's joviale attentie jegens menig kamermeisje tijdens zijn wan delingen in Gastein, waarbij hij steeds door een lakei, die zijn jas en een plaid droeg, werd gevolgd, trok nog al de aandacht. In 1901 wordt ook Innsbruck bezocht. Daar in hotel "Tyrol" loopt onze reiziger prins Hendrik van Pruissen, broer van de laatste Duitse keizer, dusdanig hard tegen het lijf op de hoek van een schemerige gang, dat beiden beduusd blijven staan, hun pijnlijke 31

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1985 | | pagina 32