DE BLOEMENDAALSEWEG Wie herinnert zich niet uit zijn of haar schooltijd het liedje "Een kar-re-tje langs de zandweg reed. De maan scheen helder, de weg was breed" van de Amsterdamse arts en volksdichter Jan Pieter Heye (1809-1876)? "De weg was breed" is geen dichterlijke vrij heid. In zijn jeugd, op zijn wandeling door het Gooi en later als deelnemer aan de Tiendaagse Veldtocht in 1831 ging het verkeer op enkele hoofdwegen na over onverharde wegen. De landweg is tot in de 19e eeuw niet erg belangrijk geweest voor het verkeer. De waterweg was veel belangrijker. Daarover ging vrijwel alle transport. Als twee steden de onderlinge verbinding wilden verbeteren, zoals tussen de steden Haarlem en Leiden, groe ven ze in 1657 een trekvaart. Het wegverkeer tussen de twee ste den ging tot aan het begin van de 19e eeuw over een onverharde weg. De weg tussen de dorpskernen Aelbertsberg - Tetterode en Vogelen zang bestond, als de ruimte dat toeliet, uit een bundel slingeren de sporen waarvan de breedte al naar gelang de aard van de onder grond kon wisselen. De ergste vijand van de weggebruiker was name lijk de regen. Vooral in de herfst trokken wagenwielen diepe voren door de natte bodem. Elke voerman probeerde de sporen van zijn voorgangers dan zoveel mogelijk te mijden door ernaast te gaan rij den. Als de beschikbare ruimte door de aanwezige akkers en erven werd ingeperkt, was er geen ruimte om de poelen en voren te ont wijken. Hier veranderde de weg dan ook het snelst in een onbegaan baar modderig oppervlak. Aan de weg tussen de dorpskernen is eeuwenlang niet meer dan het allernoodzakelijkste gedaan. Maar alle onderhoud kwam vroeger dan ook ten laste van de aanwonenden. Enige dagen voordat de werkzaam heden plaats vonden werden de aanwonenden daarvan in kennis ge steld. Daarnaast werden in de dorpskernen plakkaten aangebracht waarop de vroedschap volgens een keur (verordening) uit 1762 het volgende bekend maakte: Werken en Karren op de Heere- en Buure- Wegen Wanneer Schout en Schepenen nodig oordelen de "Wegen te doen maken en opkarren zullen alle de geene die zulks drie of vier dagen te vooren wordt aangezegd 't zij met V/agens met twee of een Paerd of met Spaa of Graaf te komen gehouden zijn te comparen of iemand in hun plaats te zenden op poene dat de nalatige zullen verbeuren. Die met Wagen en twee Paerden bescheyden is drie Guldens en te laat komende 18 Stuyvers. Een Wagen met een Paerd twee Guldens en te laat komende 12 Stuyvers. En de geen die zig onttrekt de billijke orders van Schout en Schepenen in t werken na te komen zal yder reyze verbeuren 12 Stuyvers. Mitsgaders die zig niet ontziet den Schout of Schepen qualijk te bejegenen zal zulks beweezen wordende verbeuren 50 Stuyvers. l) Uit de straffen bij het niet nakomen van de oproep blijkt wel dat de betrokkenen niet stonden te trappelen van ongeduld om hun ge- me ens ch ap sp 1 i c h t te vervullen. Waaruit de werkzaamheden bestonden 3

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1986 | | pagina 15