Door de buitenplaats liep destijds een weg, waarvan de ingang was
naast de buitenplaats tusschen de huisjes met de roode luiken en
het eerste inrijhek en eindigde in de duinen op het Visscherspad.
De weg werd naar den toenmaligen eigenaar de Pluymlaan geheeten.
In later jaren werd deze weg door den eigenaar van Belvédère afge
sloten, zoodat een korte laan overbleef, die op de buitenplaats
doodliep en in den volksmond de frikkedi11ebuurt genoemd werd.
Weer later is ook dit gedeelte afgesloten en hiermede verdween ook
de frikkedi11ebuurt
Achter in die buurt stonden een paar huisjes, waarin Tijs van Bug-
genum en Dirk Stiphout woonden. Stiphout, in dienst van de firma
Rijnierse, verrichtte bijna uitsluitend werkzaamheden aan de ras
terwerken der buitenplaatsen en kreeg daardoor den bij naam van
rasterkoning"
Over Belvédère bevond zich een weide, die eertijds toebehoorde aan
P. Rijnierse, den bewoner van perceel Zijlweg 11. Dit weiland werd
van hem door de familie Pluym aangekocht om het vrije uitzicht voor
Belvédère te behouden. De poort van perceel Zijlweg 11 gaf toegang
tot den z.g. notweg naar het weiland, omdat dit aan den Bloemendaal-
scheweg een hoogen dijk had en daarom niet toegankelijk was. De wei
werd later wel het "ezelweitje" genoemd, omdat de ezel van Frank en
Jan Bijleveld er graasde. Het beest liep tot groot vermaak der
Overveensche jeugd soms geheel zonder geleide van de wei door den
notweg en het dorp naar Belvédère terug.
In later jaren kreeg de wei nog een andere benamingn1"de kuil"
en werd een gedeelte ervan ingenomen door het gebouwtje van Publie
ke Werken. Met de omstreeks 1938 gevolgde bebouwing van het weiland
verdween het landelijke aanzien van dit gedeelte van 't oude dorp
en ging tevens door de daarmede verband houdende slooping van het
voormalige tolhuis en stalhouderij en het aan de overzijde gelegen
Raadhuis een stukje Overveensche geschiedenis verloren.
Zijlweg, gelegen tussen Bloemendaalseweg - Zandvoorterpad,
genomen in richting van het Raadhuis 1917.
13