9 hoedanigheden van zijn vak. Pittig maar kittelorig als hem iets niet zinde, kon hij opspringen als een bot op een Huizer kruiwagen. Toch zou de oude toestand nog voortduren tot na de dood van de Heer Borski II. Als na 1881 diens zoon Willem Borski III eigenaar is geworden van Elswout en de daarbij behorende verdere bezit tingen, wordt in overleg met de rentmeester besloten de boerderij geheel nieuw op te zetten. Dat moest ook wel, want de oude 17de eeuwse stalgebouwendie veel van de boereninventaris herbergden, stonden op het punt te worden afgebroken om plaats te maken voor twee enorme stallen met koetshuizen in de bouworde van het nieuwe huis Elswout. Ook de ganse parkaanleg zou een wijziging ondergaan. Voorzieningen zouden worden getroffen, die in de grachten, vijvers en sloten doorstromend water moesten waarborgen. Dit alles ver droeg zich uiteraard niet met de aanwezigheid in de directe omge ving van het huis van rommelige houten stallen en hokken. Als locatie voor de nieuwe boerderij werd gekozen het duinterrein bij de toen nog in gebruik zijnde oranjerie, waar tot dan toe in bak ken ananassen werden gekweekt. Het nieuwe gebouw kreeg het aanzien van een zuid-ho11andse boerderij, het brede front van het woon huis naar de Elswoutslaan gekeerd; daarachter de stallingen, het zuivelhuis, de ruimte voor de karn, die met een groot treerad door een hond in beweging werd gebracht, het meelhuis enz. In dit laatste vertrek werd op Zondagen stichtelijk onderwijs gegeven. Veel adviezen werden gegeven door Mr. Dirk Visser van Hazerswoude. Hij en zijn echtgenote, wonende op het toen nog Heemsteedse "Wes terhout", waren zeer bevriend met het echtpaar Borski- van Hoey Smith. De boerderij werd gebouwd onder architectuur van C. Muysken, zoon van de burgemeester, tevens notaris, van Hillegom. De firma Rijnierse te Overveen was met de feitelijke bouw belast. De Heer Borski die met zijn gezondheid begon te sukkelen en daar voor soms maanden in de Franse alpen doorbracht, had daar kennis gemaakt met de producten van het bergvee. Hij wenste daarover ook op Elswout de beschikking te hebben, vergetend, dat die heerlijke melk het gevolg was van het kruidenmenu der koeien. Dies werden in de omgeving van Chamonix twaalf koeien en een stier aangekocht, die op transport gingen naar Nederland. Ook werden een vijftig koeiebellen aangeschaft van verschillende toonhoogte. Zij droegen als ingeslagen merk: een koetje met de letters: M"D, en de plaatsnaam: Chamonix, waaronder: 2, le Q^6. Vele van die bellen zijn kort na wereldoorlog II gestolen, nu eens niet door de Duit sers! De boerderij, eenmaal voltooid en ingericht, werd geëxploiteerd als een "modelboerderij". Reinheid en zorgvuldige behandeling van het vee stonden hoog in het vaandel. De melkknechten bv. deden hun werk, gestoken in witte pakken, elke dag schoon, en met witte klompen. Er werd gemolken in emmers van buiten blauw, van binnen wit geschilderd, en voorzien van dubbele koperen zeven met watten ertussen. De glimmend geschuurde volle melkbussen, elk voorzien van een koperen plaatje met de letters: E. W.werden op kleine, speciaal daartoe vervaardigde handwagentjes van de weiden naar het zuivelhuis gereden. Uiteraard ging ook Zondags het werk gewoon door. Een bijzonderheid was dat er die dag ook gekarnd moest worden. In de aan Van Deven ter gezonden aanstellingsbrief van 2 Maart 1878 werd dat door de rentmeester als volgt gemotiveerd: om ook dien dag versche

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1988 | | pagina 10