vlugge kleine bonte spechtje*. Daar staat tegenover dat wij het
verlies te betreuren hebben van de goudhaantjes, die hier voor
1917 tamelijk veel broedden en van den ijsvogel. Vroeger hadden we
daarvan in onze gemeente op zijn minst een half dozijn broedende
paren, thans zien we slechts af en toe een enkele.
Wanneer wij nu de wereld van het duin willen leeren kennen, dan
wandelen we langs de Zanderij onder Overveen, tot waar die nog in
vollen gang is en dan linksaf langs den welbekenden bosch en'duin
weg, die ons brengt naar Kraantje Lek, tenzij wij de voorkeur er
aan geven, om bij den spoorwegviaduct rechtsaf het Visserspad te
nemen naar Zandvoort. De steile duinen langs de Zanderijvaart geven
de illusie van een berglandschap, vooral ook doordat de hellingen
van Duinlust dicht begroeid zijn met naaldhout. In de laagte liggen
bollenvelden en elzeboschjes en hier en daar verheffen zich enkele
hoofdfiguren uit het Kennemer landschap: de zwarte populieren, de
canada's en de abeelen. Wij prijzen de eiken en beuken van onze
bosschen en lanen, maar laat ons toch vooral de populieren, de
abeelen niet vergeten en ook niet de espen, die zoo weelderig staan
in menig duinbosch. Doch de abeel is mijn lieveling, met zijn gaven
licht gekleurden stam, zoo fraai versierd met ademhalingsplekken en
taklitteekensIn het vroege voorjaar ziet de kroon eerst purper
rood van de ontelbare dikke katjes, later lijkt hij een bloeiende
pereboom, doordat de blaadjes, die uit de ontluikende knoppen
komen, aanvankelijk alleen hun witte onderzij vertoonen. Soms op
andere plaatsen heeft de zeewind ze gewrongen in wonderlijke boch
ten. Wat er uit populieren en canada's kan worden, dat weet Wild
hoef ons te vertellen of ook de weg achter Elswout langs Kraantje
Lek. Doch daar zijn we nog niet, we stonden pas aan de Zanderij-
vaart. Hier kunnen we nog genieten van de oever- en waterplanten en
van menige waterhoentjeshuishouding. In den winter komen aan de
bron, die zelden of nooit bevriest, allerlei vogels drinken en
baden. De afzanding** zelf vergunt ons een blik te slaan in den
bouw van het duin. Vallei op vallei, ondergestoven in vroeger
jaren, hebben in donkere veenlagen de bewijzen van hun bestaan
achtergelaten. Aan den afbrokkelenden hoogen kant kunnen we zien,
hoe helm en duindoorn en duinroos door hun uitgebreid wortelstelsel
zich weten te handhaven op de droge heuvelen. Op lager plekken
vinden we het grazige duin met zijn viooltjes en eereprijs, thijm,
vleugeltjesbloempimpernel, aardbeitjes, prunelle, zenegroen en
misschien een enkele keverorchis. De weg is omzoomd met grove
dennen, geteisterd door den zeewind. Hier en daar getuigen groepjes
langnaaldige zeepijnen nog van den tijd, toen men meende, dat de
boom, die in de duinen van Arcachon en Zuidwest Frankrijk zulke
prachtige resultaten had opgeleverd, ook in onze duinen met profijt
zou kunnen worden aangeplant. Dat is toen tegengevallen, maar de
laatste dertig jaren hebben het bewijs geleverd, dat een andere
dennensoort, de Zwarte den, uitmuntend in onze duinen wil groeien.
Het nieuwe duinwoud zal dan ook uit deze dennen bestaan hetzij uit
de variëteit Corsicana, hetzij Austriaca. Hier aan den Kamperberg
zien wij al zoo'n bosch, ook vindt ge ze op Lindenheuvel en langs
In de Haarlemmerhout zijn in onze jaren deze soorten ook
veel talrijker, maar men vreest, dat dit het gevolg is van de vele
kwijnende bomen; door insecten belaagd. Dit weer een gevolg van de
verzuring van de bodem, waardoor de bomen hun vitaliteit verliezen.
Thans beëindigd. Nu vindt men hier de mooist gelegen bol
lenvelden van heel Kennemerland
13