LIEFLIJKHEID EN GROEN: VILLAPARK DUIN EN DAAL
- Een overpeinzing n.a.v. Jannes de Haans boek over villapar
ken in Nederland -
In 1986 verscheen de nog steeds in de boekwinkel verkrijg
bare studie van Jannes de Haan, Villaparken in Nederland. Een
onderzoek aan de hand van het villapark Duin en Daal in Bloe-
mendaal 1897-1940 (uitgeverij Schuyt Co, Haarlem). Zij was
op het moment van verschijnen een van de eerste uitgebreide
studies over een Nederlands villapark. Aan villaparken in ons
land was tot dan toe maar weinig aandacht besteed bij archi
tectuurhistorici, ongetwijfeld omdat men het villapark in de
jaren '50 en '60 associeerde met behoudzucht en niet beant
woordend aan de oplossing van de huisvestingsproblemen in de
grote steden van na de Tweede Wereldoorlog. Toch vormde juist
de ontwikkeling van het villapark met de bijbehorende archi
tectuur en interieurkunst in de tweede helft van de 19e eeuw
de grondslag voor vele ontwikkelingen in de moderne architec
tuur en stadsplanning.
Een van de negatieve aspecten van de bouw van villaparken
was de leegloop van de steden door de rijkere bovenlaag die in
de stad menig monumentaal pand aan zijn lot overliet. In het
kielzog hiervan ontwikkelden vele steden in de jaren '30 van
de 20e eeuw grote saneringsplannen ten behoeve van de aanleg
van brede autowegen dwars door de oude centra. Na de Tweede
Wereldoorlog werden in de meeste Nederlandse steden deze
plannen voor een groot deel ten uitvoer gebracht. Zelfs een in
onze ogen behoudend landhuisarchitect als Herman van der Kloot
Meijburg, een van de grondleggers van het Openluchtmuseum in
Arnhem, had in 1921 geen moeite de stad als volgt te zien:
"Als de stad zal zijn geworden de plaats voor zakendoen en
tijdelijk oponthoud, en het land het oord waar men zal wonen
en leven, dan zal het beschavingspeil van de menschheid zeer
aanmerkelijk stijgen en tal van wrijvingen die nu de menschen
en de volkeren verdeelen, worden getemperd"!
Een dergelijk eenvoudig cultuuroptimisme doet ons nu grim
lachen, maar is niet los te zien van de opkomst van het feno
meen villapark. Uit het boek van Jannes de Haan blijkt dat
villapark Duin en Daal uit hetzelfde optimistische idee gebo
ren is. Villaparken ontstonden in Engeland, het land dat als
eerste en meest vooraanstaande moderne industrialiserende
staat in de 19e eeuw geconfronteerd werd met de gevolgen van
de toenemende fabrieksmatige productie. De in korte tijd
explosief gegroeide steden met hun vuilbrakende fabriekspijpen
werden haarden van cholera-epidemieën en andere ziektes. De
door de industrialisatie snel rijk geworden en in aantal
toegenomen leden van de middenklasse wilden dan ook graag de
steden ontvluchten. In tegenstelling tot de oude adel, die
naast een woning in de stad, een deel van het jaar in hun
buitenhuizen op het land doorbracht en daar ook een belangrijk
deel van de inkomsten uit verwierf, was de nieuwe middenklasse
niet rijk genoeg om er twee huizen op na te houden. Als oplos
sing schiepen handige zakenlieden een tuinstad of villapark
even buiten de stad gelegen aan een goede spoorverbinding. De
heer des huizes kon zo dagelijks heen en weer reizen tussen
zijn werk in de stad en zijn "thuis", dat zich in een parkach-
17