20 De schommel in het Bloemendaalse Bos bij het Pannekoekenhuisje. ambachtsman. Maar de kosten van levensonderhoud waren dat ook; de huishuur bijvoorbeeld was ongeveer 0,50 per week. Scholen Er waren twee scholen: de Christelijke School aan het Kerkplein en de openbare 'Roomsche' school daar schuin tegenover op de hoek van de Donkerelaan. Mensen zonder kerkelijke binding waren er nauwelijks. Als je hervormd was, ging je naar de christelijke school, was je katholiek naar de openbare school, die dus 'roomsch' heette. Tussen die scholen werden af en toe ware veldslagen uitgevoch ten. Koele boompjes Natuurlijk werd er geknikkerd, getold en bokgesprongen, maar dat kon je in de stad ook doen. Het bijzondere van Bloemendaal lag hem in de dichte bosjes, vlak achter de huizen. Het was jong hakhout, doorsneden door laantjes en paden met in het midden een open plek, waar drie jonge kastanjes, de 'koele boompjes' stonden; de ideale buut- en ontmoetingsplaats. Hier werd rovertje gespeeld, wat des te spannender was omdat dit Sterrenbos (waar nu het Bos- en Duinkwartier is) bij Wildhoef hoorde en eigenlijk verboden terrein was en de 'rooie baas' een kwaaie. Hier kon je bloemen plukken, morieljes in over vloed verzamelen, vogels bespieden en soms nesten uitha len. Alle Bloemendalers gingen er 'nachtegalen', dat wil zeggen in april en mei luisteren naar de talloze nachtega len. Hier kon je in de schemering met je pet wel vier mei kevers tegelijk vangen. Je stopte die dan in een stopfles met een boterhampapiertje erover. De volgende dag liet je het beest dan, aan één poot vastgebonden, door de klas snorren. Hier stroomde ook de Bloemendaalse Beek langs de Donkerelaan. Je kon er in pootjebaden, maar er ook uit drinken. In het Bloemendaalsebos kon je suiker pikken van de tafeltjes bij het Pannekoekenhuisje, waar toen nog echt pannekoeken werden gebakken en je kon er zó hoog schommelen, dat de kinderen van de gasten er niet meer aan te pas kwamen. De ezeltjes van Böttger kon je zo conditioneren, dat ze geen stap meer verzetten als ze met stadse kinderen op hun rug een ritje in het bos maakten. Ging je er dan zelf op zitten, dan had je ze zó weer aan de gang. Hier was ook aan de Graslaan (waar tot voor kort het clubggebouw Toshiba stond) Bloemendaals eerste voetbalveld. De jongens speelden 'freede keetjes' (friendly games), hadden een 'kool kip' (goalkeeper) en maakten ruzie over 'afsijt' (off-side) of 'pinant' (penalty). Hoogtepunten Ieder seizoen had zijn hoogtepunten: de slacht vond nog in het dorp zelf plaats volgens een bepaald ritueel. Eerst het 'varkensprijzen', keuren hoe goed de beesten eruit zagen, hun gewicht schatten en drinken op de goede afloop van de onderneming. Als de varkens tot spek, ham en worst waren verwerkt, kregen de notabelen hun deel van het 'fijne vlees' (karbonades, haasjes en rollades) als betaling in natura voor verzorging van zieken, het maken Ons Bloemendaal, 16e jaargang, nummer 2, zomer 1992

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1992 | | pagina 21