Twee van de 'vier windstreken' vlak na het maken van de schilderin gen in 1938. werkt in de wortels van een boompje: P. Windhausen. Navraag bij het Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie leverde ons op dat Paul Windhausen (geb. 19 mei 1903) uit een bekend schildersgeslacht kwam, oorspronkelijk stammend uit Burgwaldniel (Duitsland). Hij werkte als leraar tekenen en kunsthistorie in Breda, maar tekende en schilderde in zijn atelier vele ex-libris, portret ten en religieuze afbeeldingen. Op 4 oktober 1944 werd hij als commandant van de verzetsgroep 'De Vloeiweide' in Rijsbergen bij een overval gedood. Ter plaatse is een monument voor hem opgericht. Hoe zijn contact met architect Temme tot stand kwam, is ons onbekend; wel hangt een portret van Temme van de hand van Paul Windhausen in het Gemeentemuseum van Roermond. Hetzelfde architectenbureau ontwierp, eveneens in 1938, de R.K. bibliotheek in Breda, waar Paul Windhausen een thans nog bestaande schildering maakte in de leeszaal, in dezelfde stijl en techniek die hij bij onze huizen toepaste: de zogeheten Keim-techniek. Volgens Paul Windhausens zuster (recente informatie) was het huizenblok bij haar bekend als 'de vier windstreken' naar de nu vergane schilderingen op de zijkanten van de huizen. Zij stuurde ons de foto's toe, gemaakt vlak na de schildering. De Keim-techniek Kwartszand, gesmolten met kaliloog, vormt met daarin opgeloste kalk, magnesium of zink een waterglasverf, taai en kleverig. Aangebracht op een speciale ondergrond kruipt de verf diep in de poriën en versteent daar. Deze techniek, al bekend in het begin van de 19e eeuw als ste- reochromie of diepteschildering, werd in 1896 verbeterd door Adolf Wilh. Keim. Als fixatie wordt ammonium- waterglas gebruikt om maximale houdbaarheid te krijgen. Eén van de verschillen tussen fresco- en Keimschilderingen is dat fresco's aangebracht worden op een nog natte ondergrond, maar Keimschilderingen op een eerst gedroogde en poreus uitgeharde ondergrond, nadien nat gemaakt. Het gevolg is dat de poriën niet afgesloten wor den, zodat er een voortdurende lucht- en vochtuitwisse- üng mogelijk blijft. Het is weer- en lichtbestendig, onaantastbaar voor dampen, vochtigheid, uidaatgassen en andere agressieve stoffen. Het vormt geen voedingsbodem voor schimmels en is bacteriedodend (bron: 'Malmaterial und seine Verwendung im Bilde' von Max Doerner, 1921, heruitgave 1960). De heer Haakma Wagenaar, restaurateur en kunsthistori cus, vertelde ons dat ook de schilderingen in het Amstelstation, het voormalige Amsterdamse stadhuis en de hal in de Sociale Verzekeringsbank in deze techniek uitge voerd zijn door resp. Peter Alma, Chris Lebeau en Charles Eyck (circa 1930). De restauratie Op onze speurtocht naar een kunstenaar, die bereid en in staat was tot herstel, vonden wij veel enthousiaste perso nen (en evenveel methodes!). Uiteindelijk besloten wij in overleg met de Heer Biesboer, conservator van het Frans De drie bewoners-echtparen. Halsmuseum, in zee te gaan met de Heer Rob Bremer, restaurateur in IJmuiden, die veel ervaring had op het gebied van muurschilderingen in kerken en oude gebou wen. De restauratie zou bestaan uit verwijdering van roet en vuil met sponzen en pasta's, retoucheren van versleten partijen en reparatie van scheuren. Echter: de werkelijk heid bleek niet zo eenvoudig te zijn! Een reeks van tradi- Ons Bloemendaal, 17e jaargang, nummer 1, voorjaar 1993 17

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1993 | | pagina 18