Pompstation Oranjekom S Helemaal aan het begin van het productieproces van het Amsterdamse drinkwater staat het Pompstation Oranjekom I, dat het duinwater uit het verzamelhekken de Oranjekom naar de fil tergebouwen op Leiduin pompte. De mate van gaafheid van het vroegere Pompstation - een beschermd monument dat 'in reserve' wordt gehouden nadat in 1967 een nieuw pompstation in werking trad - is opvallend voor een utiliteitsgebouw van die ouderdom, met de aantekening dat de oorspronkelijke hijsinstallatie aan het water, die de krooshekken bediende, inmiddels is verwijderd. Oranjekom I is het architectonische pronkstuk van Gemeentewaterleidingen en in de loop van zijn bestaan is het dienovereenkomstig behandeld. Mengeling Waarschijnlijk heeft de architect met de horizontale lijnen, die de langgerekte, 'platte' hoofdvorm accentueren, het gebouw willen doen opgaan in het duinlandschap. In wezen is Oranjekom I een voor de periode van ontstaan zeer typerende mengeling van moderniteit en speelse ver sieringsdrift. De horizontaal geaccentueerde hoofdvorm en symmetrische opbouw wijzen erop dat de ontwerper een bewonderaar was van de Noord-Amerikaanse architect Frank Lloyd Wright, die destijds in ons land zeer invloed rijk was; zie het oeuvre van bijvoorbeeld de architect W.M. Dudok. De ontwerper van Oranjekom I heeft hier een bijpassende vormgeving in art decostijl aan toege voegd. Romantiek viert hoogtij. Reliëf Het gebouw telt twee bouwlagen, waarvan de onderste onder het maaiveld ligt. Boven bevindt zich de machine ruimte onder de pompenkelder. De gevels zijn gemetseld in bruinrode bakstenen, met een plint van paarse stenen. De ruime dakoverstek is van gewapend beton. Alle deuren en ramen zijn afgedekt met een granieten latei. De strakke lijnvoering wordt verzacht door details die de gevels een grillig reliëf geven. Zo heeft de middelste travee van de voorgevel ramen met een vulling van uitstulpende, glazen bouwstenen (zogenaamde Veralux-stenen). Op andere plaatsen in de gevels herhaalt zich dit diamantvormige motief, ook in de deuren van de entrees, die zijn voorzien van gebronsd-koperen platen. De fantasierijke behandeling van de gevels strekt zich zelfs uit tot de schoorstenen en loodslabben. Luxueus Binnen, waar zich de machines en pompen bevinden, gaat de moderne techniek evenzeer gekleed in een weelderig bewerkte jas. De wanden van de machineruimte zijn uitge voerd met verglaasde bakstenen waarvoor een breed kleu renpalet is toegepast: goud, paars, groen, blauw en zwart (voor de plint). De troggewelfjes en de wanden van de pompenkelder zijn bekleed met wit-verglaasde stenen en een bies van gele stenen. Voor de afwerking van de vloer van de machineruimte is een mozaïek van witte en paarse steentjes gebruikt. Heel opmerkelijk zijn de draagstenen van de ijzeren kraanbalken, die - net als de vensterbanken en banden onder de schakelborden - zijn uitgevoerd in gepolijste rode graniet. De glanzende teak-houten paneel deuren completeren het uitzonderlijk luxueuze beeld, dat niet zou misstaan in een kantoorpand of villa. Symboliek Wie de architect ook is geweest (het gebouw werd door de afdeling Constructie van Gemeentewaterleidingen ont worpen, en gebouwd in 1931-1932), het was iemand met smaak. En met gevoel voor symboliek. Dat bewijzen de trappen aan weerszijden van de zijgevels, die afdalen naar het platform aan het water. De trapbalustrades zijn name lijk verrijkt met granieten druppelvormen, die een naar de Oranjekom terugkerend stroompje water suggereren. Zo wordt de cyclus van de drinkwaterwinning in symbolische zin voltooid. Tekst: Wim de Wagt uit: Architectuur op Leiduin 1853-1995, Functionaliteit en Verbeelding. De gebouwen van Gemeentewaterleidingen nabij de Amsterdamse Waterleidingduinen. Een uitgave van Gemeentewaterleidingen Amsterdam, 1995. 6 Ons Bloemendaal, 20e jaargang, nummer 3, herfst 1996

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 1996 | | pagina 6