van alledag al gauw weer zijn gewone loop.
Voor sommige mensen brak echter een tijd aan van wach
ten. Het wachten was op mijn broer, die als koopvaardij-
officier onder de militaire dienstplicht was geplaatst van
de Nederlandse regering in Londen gedurende de hele
oorlog. Door de Japanners is hij krijgsgevangen gemaakt,
en tijdens een transport gedood op 18 september 1944. In
1942 hadden wij per brief van hem een laatste teken van
leven gekregen. Een stukje uit zijn brief laat ik hierbij
lezen. Heel prachtig was het zingen in de duinen bij de
opening van de Erebegraafplaats aan de Zeeweg.
Trouwpak
De oorlog mag nooit worden vergeten. Om de herinne
ring aan die tijd levendig te houden, wil ik ook nog wel
een grappige gebeurtenis memoreren uit de eerste oor
logsjaren. Ondanks de toenemende schaarste gingen fees
ten, zoals trouwpartijen, gewoon door. Hierbij laat ik de
kwitantie zien van het laatste trouwpak, dat in juni 1941
in Haarlem en omstreken nog te krijgen was. Een trouw
pak bestond uit een zwart colbert en een zwarte broek
met krijtstreep. Mijn lieve man, die jammer genoeg twee
jaar geleden is overleden, wilde per se in een eigen pak
trouwen en niet in een gehuurd pak. Een jaar na onze
trouwdag was in Haarlem en omgeving zo'n kostuum ook
niet meer te huur. Zo gingen wij van de ene bruiloft naar
de andere, omdat telkens een dorpsgenoot het trouwpak
van mijn man aan had.
Nu zult u zich afvragen, hoe het kwam dat mijn man's
pak iedere bruidegom paste. Het pak paste altijd, omdat
de mensen in deze tijd zo mager waren, dat men alleen
verschilde in lengtemaat. Er was altijd nog wel een opa te
vinden, die voor de bruiloft even zijn laatste paar bretels
wilde lenen, waarmee de pantalon op de juiste hoogte
werd gebracht. Als u goed kijkt naar trouwfoto's uit het
midden van de oorlog dan ziet u wat ik bedoel.
Na verloop van tijd kwamen de genodigden steeds meer
met etenswaren aanzetten naar een bruiloftsfeest in plaats
van iets anders. Als huwelijkscadeau werd suiker,
surrogaat-koffie, erwten, bonen of een beetje boter gege
ven. Ondanks de schaarste was de warmte van een 'feest'
er niet minder om. Muziek was verboden, en om acht uur
moest iedereen binnen zijn (spertijd).
Later in de oorlog viel aan trouwpartijen niet meer te den
ken. Toen moesten alle mannen zich verborgen houden,
heerste er honger, en was een groot deel van de wonin
gen in Bloemendaal door de bezetter als spergebied ont
ruimd of in beslag genomen door Duitse soldaten, die
wachtten op de invasie.
Het dorpsbeeld werd oorspronkelijk mede bepaald door majestueuze bomen.
Hier een kijkje op de Bloemendaalseweg hoek Potgietenveg in 1902.
Winkelstraat
Door steeds te veranderen blijven sommige dingen hetzelf
de. In de loop van de vele jaren die ik in dit dorp heb
rondgelopen zijn telkens grote veranderingen aangebracht
aan de inrichting van de winkelstraat. Vooral bomen zijn
verdwenen. Tot mijn verbazing wordt de winkelstraat bin
nenkort rechtgetrokken, wordt de asfaltbestrating vervan
gen door klinkers, en komt er een rij lindebomen te staan.
Hierbij zegt men dan: "De Bloemendaalseweg gaat nu pas
echt mooi worden". Maar de straat wordt weer precies zo,
zoals ik hem al in 1925 kende.
Zelfstandig
Vijfenzeventig jaar geleden moest ik twee keer van school
veranderen in verband met de vraag of het voor de ont
wikkeling van een meisje beter is, dat zij gescheiden
onderwijs krijgt van jongens. Dit is ook iets dat door tel
kens te veranderen uiteindelijk hetzelfde blijft, namelijk
gemengd onderwijs, zoals het 75 jaar geleden al was.
Over deze vraag heb ik in Bloemendaal scholen zien ope
nen en sluiten.
Of neem tenslotte de vraag of de gemeente Bloemendaal
in de toekomst nog zelfstandig kan blijven. Ook dat is een
vraag, die om de zoveel jaren terugkomt. Wel vind ik het
akelig om te moeten horen, dat sommige oudere
Bloemendalers 'alleen maar' om emotionele reden tegen
stander van opheffing van de gemeente zijn. Emotionele
redenen zijn juist heel erg belangrijk. Gesteld, dat
Bloemendaal toch wordt opgeheven, zal men het later uit
spijt opnieuw oprichten. Maar vraag maar niet hoeveel
geld het eeuwige veranderen allemaal heeft gekost.
Lid van Ons Bloemendaal ben ik vanaf het eerste begin. Ik
hoop nog veel exemplaren te mogen ontvangen van het
mooie blad.
Mevrouw Cath. Metselaar-Kleef
Foto's: eigen bezit mevrouw Cath. Metselaar-Kleef en van haar broer r.
Kleef te Bloemendaal.
46
Ons Bloemendaal, 21e jaargang. Lustrumnummer 2, zomer 1997