tenverkeer tussen de wagen en de brandweer in Haarlem.
Vergelijk ik de situatie van toen met die van nu, dan is
deze tegenwoordig veel professioneler. Zeker voor wat de
binnenaanval betreft, stond de brandbestrijding indertijd
nog echt in de kinderschoenen. Portofoons waren er niet;
de berichtgeving liep via een ordonnans.
Piepers
De alarmeringen liepen via het politiebureau van Overveen
die een zogenaamde HOTLIJN had naar alle brandweerlie
den. Bij brand ging de brandweertelefoon gelijktijdig bij
iedereen over. Degene die opnam diende zijn naam te
zeggen en kreeg van de politie het alarmadres op. Zo wist
men meteen ook hoeveel mensen opkwamen en bij te
weinig reacties kon de politie nogmaals via de telefoon
versterking oproepen.
In de loop van 1973 werd de brandweer uitgerust met de
eerste 'piepers'. Dit was een hele vooruitgang. Sinds die
tijd kwamen de alarmeringen van de Haarlemse brandweer
- later veranderd in de regiobrandweer Haarlem.
PZ-terrei n
Het aantal alarmeringen in de jaren zeventig was talrijk.
Dit werd mede veroorzaakt door het Provinciaal
Ziekenhuis (PZ). Hoewel men daar over een eigen
bedrijfsbrandweer beschikte, moest ook de Bloemendaalse
brandweer nogal eens worden opgeroepen. Dit resulteerde
in 100 tot ISO uitrukken per jaar. Bijna altijd bleek dit
dan 'loos alarm' te zijn - soms wel driemaal in een nacht.
De uitruk naar dit psychiatrisch ziekenhuis ontwikkelde
zich tot een vast stramien. Piet Burlage en ik gingen zo
snel mogelijk naar de garage op de Vijverweg om de
wagen op te halen. Op de Bloemendaalseweg stapten ver
volgens Hans van den Heuvel en Jan Portengen op en op
het Kerkplein kwam Nico Turenhout er bij. Bij aankomst
hoorden we van de portier wat er aan de hand was, en
waar.
Ir. de jaren negentig veranderde het uitrukken naar PZ
drastisch. Drie vaste brandwachten namen, samen met de
bedrijfsbrandweer, de eerste uitruk voor hun rekening.
Later is zelfs post Bloemendaal verhuisd van de Vijverweg
naar de kazerne op het PZ-terrein.
Provinciaal Ziekenhuis
Gelukkig zijn er op het PZ-terrein nooit grote branden
geweest. Wel kan ik mij grappige voorvallen herinneren.
Op een nacht werden we gealarmeerd en rukten uit naar
PZ. Er bleek rookontwikkeling op een zolderverdieping te
zijn. Een aanvalsploeg ging met perslucht naar binnen en
op zolder aangekomen hoorden zij een vreemd geluid. Na
inspectie bleek dat er twee jeugdige patiënten in de dikke
Hotel Zomerzorg.
rook aan het ping-pongen waren.
Een andere keer stond ik als chauffeur bij het voertuig op
het PZ-terrein, toen er een dame van middelbare leeftijd
op me afkwam die me honderduit begon te vragen over
de brandweer. Op een gegeven moment vroeg ze of ze
even op de brandweerwagen mocht kijken. Ik zag daar
geen probleem in en liet haar haar gang gaan. Ze klom
aan de achterzijde via het trapje naar boven en nestelde
zich boven op de ladder waar ze, zo hard ze kon, de sire
ne nadeed. Ik kon haar er met geen mogelijkheid meer
afkrijgen. Het heeft een half uur geduurd eer vier broeders
haar met overredings- en mankracht naar beneden haal
den, waarbij zij bijna continu de sirene nabootste.
'De Kromming'
Na 1975 kregen we er een nieuwe klant bij: de gesloten
inrichting 'De Kromming' aan de Johan Verhulstweg.
Ettelijke keren zijn we voor niets naar dit pand uitgerukt.
Op een gegeven moment, voor de derde keer op een
avond, bleek het wel goed raak te zijn. Een forse binnen
brand was gaande. Met grote inzet en een beetje geluk
hebben we alle gedetineerden uit de rechtervleugel
gehaald en de brand geblust.
Villa Lindenheuvel
Ook halverwege de jaren zeventig ging de grote, leeg
staande villa 'Lindenheuvel' aan brandstichtingen ten
onder. Het grote buitenhuis, pal achter het gemeentehuis
in het bos, is tientallen malen door de jeugd in de fik
gestoken. Eerst waren dit kleine binnenbrandjes, later het
complete trappenhuis en weer later viel het dak ten prooi
aan de vlammen. Uiteindelijk moest het pand gesloopt
worden omdat het levensgevaarlijk was - mede omdat
men de jeugd niet kon weren.
Ons Bloemendaal, 23e jaargang, nummer 2, zomer 1999
25