smrmóuudbj
UUWW
g& p.eouenoft
thans met pannen bedekt. (Daar
woonde toen Albert Heijn)
Het grootste object, een kantoor
voor het NVV in Haarlem, is helaas
niet doorgegaan. Scholen en zo, dat
ging ook allemaal niet door. Dus
aan het eind van de oorlog was ik,
populair gezegd, wel afgebrand. Ik
had gelukkig van mijn oom Jacques
van Kempen15, die overleden was,
goud geërfd. Mijn oom in Den Haag, die nog leefde, had
gouden ponden. En mijn familie kreeg gouden tientjes.
Mijn vriend Meyer had contacten met mensen die belang
hadden bij goud en als ik in nood zat, kocht hij mijn gou
den tientjes op. Ik kreeg zo'n 28S gulden voor een gouden
tientje en dat was in oorlogstijd heel wat."
Uit de periode van voor de Tweede Wereldoorlog stammen
niet zo gek veel objecten, want Van Kempen was toen net
aan de gang. De bouw van het (voormalige) politiebureau
in Overveen hoort hier nog net bij. Niet lang na de oorlog
volgde de Gereformeerde Kerk aan de Vijverweg.
Overige activiteiten
Naast bouwactiviteiten heeft Van Kempen zich ook ingezet
op allerlei andere vlakken. Bijvoorbeeld voor de Hervormde
gemeente in Bloemendaal: "Ik ben op 36-jarige leeftijd in
de kerkenraad van Bloemendaal beland. Mijn eerste restau
ratiewerk was aan de Hervormde kerk. Vroeger waren naast
de preekstoel twee ramen aangebracht en die zouden ver
kocht worden. Wijlen de heer Bierens de Haan16, de pak
huismeester van de thee, heeft die ramen gered en die zijn
toen in onze kerk aangebracht. In de vorige eeuw waren de
ramen in verschillende kerken niet geliefd17. Het tochtte te
veel, het regende naar binnen, er ging steeds meer glas en
lood stuk, dus toen heeft men die dingen verkocht, ik ge
loof voor S 0 gulden. Daarvoor in de plaats kwamen toen
gegoten, ijzeren ramen met ten dele matglas. Een vreselijk
effect. In 1936 bestond de kerk 300 jaar. (In 1636 is deze
gesticht)Met behulp van de Monumentenzorg hebben we
toen het plafond veranderd, helemaal schoongemaakt en in
de oude kleur zeegroen teruggebracht. Dick Boer18 en ik
zijn naar Heeschwijk gegaan, omdat we een tip hadden ge
kregen dat daar nog een aantal ramen van Bloemendaal aan
wezig was. Inderdaad waren daar de ramen van Hoorn,
Dordrecht en Alkmaar èn van Bloemendaal. Daarna ben ik
benoemd als ouderling. Dat heb ik een zestal jaren gedaan
(dominee van Dijk was predikant)maar ik zat na de oorlog
ook weer in de opbouw van mijn werk, dus het was alle
maal te druk. Niettemin is mijn grote belangstelling voor de
IWTHWI wMsirti
HlinND ®Sm
1304 usam uit/kddic ro i
cy/TOimm
ara-oom*
DLOLMLTIDAAL
ZAT£PDA<S m
dood;
'dlwwi
{WD;1/1
nmivwi
TOPL/T
fluit.
Een door Van Kempen
zelf ontworpen
uitnodiging voor
een muziekavond.
Zijn vrouw
Betsy van Leeuwen
speelde piano,
Van Kempen fluit.
PQOëQAAVAA,
i d.S.DAan
PDtLÜDUJM SFÖfiA. fdur- Piaao SotiATE- E Dor - fint spiaao.
Allcoro Vivace -Alleqro /chevozo Adcqio-Alleqpo-Siciliano-Altearo.
PAJZL
g2r,@Qi&a. @2 r. HLUDLUsonrt.
ALLrOEETTO Fluit spiano \J VAClATiLS
■&ADÖAPOLLEFluit s Piaao,
PA1)7F
31VAT1 KLMPLfl 5* Wi tMLMPLtl
Piano
Pioao
4&Q. i
- Aiiea petto
ÓO/IATPw- O MOL- r lult Vo
lfttpoouz.iof2e -Alleqro - hte/ro/o.
kerk gebleven. Nadien heb ik ook nog een kerk in Haarlem/
Spaarndam gebouwd".
Muziek als hobby
Het was de grote hobby van de familie Van Kempen om tij
dens bijzondere Kerkdiensten muziek te maken in de Her
vormde Kerk. Dit geschiedde al in de studietijd van Van
Kempen. Er werd toen niet zozeer op blaasinstrumenten ge
speeld. "Viool, piano, maar fluit heel weinig. Ik had een
grote belangstelling voor fluitspel, voornamelijk door de
sonates van Bach en van Handel en iemand vroeg me toen
of ik niet in de muziek zou willen doorgaan. Dat maakte al
les wel een beetje gecompliceerd, want ik vond muziek
toen al heel erg belangrijk. Niet wetende wat er boven mijn
hoofd zou hangen, heb ik toch gekozen voor architectuur
en bleef muziek een belangrijke hobby. Ik heb nooit spijt
gehad van deze keuze. Hoewel ik van de studie architectuur
altijd dacht dat je zo'n 95% architectuur zou doen en 5%
administratie, besprekingen, e.d.. Die verhouding ligt an
ders, het is eerder andersom, en dat heb ik nooit echt kun
nen waarderen. Als ik dat van tevoren had geweten, was de
keuze misschien niet helemaal architectuur geworden.
Mijn zoon Johan die ook architectuur gestudeerd heeft, en
die een paar jaar bij prof. Baudouin in Parijs heeft gewerkt,
heeft tenslotte toch besloten verder te gaan in de muziek.
Voor de bouwkunst is hij verloren gegaan. Ik kan dat begrij
pen, omdat ik zelf ook die moeilijkheid van die keuze heb
moeten doorworstelen. Wij hebben inderdaad een klein
koortje gehad, waarin o.a. mevrouw Nel Hogenbirk19 so
praan was. Mijn vrouw zong alt. Verschillende heren teno
ren, zoals de heer Alhand, de heer Koopman, een clubje
Ons Bloemendaal, 24e jaargang, nummer 2, zomer 2000
9