vervaardigen of uitgeven weergeeft.
Dit geldt met name voor kaarten die
niet gebaseerd zijn op nieuwe opme
tingen, maar gebruikmaakten van
informatie ontleend aan bestaande
kaarten
2) de meetkundige betrouwbaarheid:
de mate waarin de afstanden en hoe
ken tussen de verschillende objecten
op de kaart juist zijn. Vaak zal blijken
dat een kaart niet schaalgetrouw is
over het gehele kaartblad.
Meetkundige nauwkeurigheid neemt
ook niet, in tegenstelling tot men zou
verwachten, met het voortschrijden
van de tijd toe. Dan weer treft men
goede, dan weer slechte kaarten
3) de topografische betrouwbaarheid
heeft betrekking op de aard en de hoeveelheid van de to
pografische elementen die de kaart bevat: wat heeft de
kaartmaker ingetekend en wat heeft hij weggelaten?
Het voorgaande verduidelijkt dat men zich dient te realise
ren voor welk specifieke doel een kaart werd vervaardigd;
pas dan valt te begrijpen om welke reden zaken niet werden
opgemeten of niet in beeld werden gebracht.
Verschillende typen kaarten
Kaarten die in het verleden gemaakt zijn noemen we 'oude
kaarten'. Dit ter onderscheiding van 'historische kaarten' die
als doel hebben een situatie weer te geven die in het verle
den bestaan heeft of zou kunnen hebben. Het is mogelijk
dat een oude kaart, bijvoorbeeld uit de zeventiende eeuw,
ook een historische kaart is, omdat er op weergegeven
wordt hoe men toen dacht dat Nederland er ten tijde van de
Batavieren uit zag.
Verder is er een grote tweedeling in 'topografische' en 'the
matische' of onderwerpskaarten. Topografische kaarten ge
ven overwegend natuurlijke en kunstmatige terreinobjecten
weer die in het landschap te herkennen zijn. Soms komen er
ook elementen voor die niet zichtbaar zijn, bijvoorbeeld
provincie- en gemeentegrenzen. Thematische kaarten bena
drukken een bepaald onderwerp, vaak met verschillende
inkleuringen, soms met grafieken. De topografische infor
matie is of vrij summier, of er is een eerdere topografische
kaart als ondergrond gebruikt. Kadasterkaarten, waterstaats-
kaarten, geologische bodem- of landbouwkaarten zijn voor
beelden van thematische kaarten.
Tenslotte noemen we nog een tweedeling: die in manu-
scriptkaarten en tekeningen, dus handgetekende, en gedruk
te kaarten.
ONTWERP R.K. BEGRAAFPLAATS TE BLOEMENDAAL
Bloemendaal, ontwerp R.K. Begraafplaats te Bloemendaal John Bergmans, dec. 1947.
Uitgaande van het vervaardigingsdoel zijn onder meer de
volgende kaarttypen voor Bloemendaal interessant.
Kaarten van heerlijkheden en buitenplaatsen.
In de zeventiende en achttiende eeuw verschenen er talrijke
gravures met zeer grootschalige plattegronden of vogel
vluchten van buitenplaatsen. Representativiteit speelt hierbij
een grotere rol dan betrouwbaarheid. Door de grote schaal
bevatten ze vaak veel details. Op de Kaart der Nieuwe Ver
grooting van den Haarlemmer-Hout van Jan van Varel uit
175 S lijkt het of alle bomen afzonderlijk weergegeven zijn.
Voor de restauratie van de tuinen van Museum Paleis Het
Loo werden dergelijke gravures gebruikt, onder meer om
de plek van beplanting te bepalen. Maar dit werd wel ge
staafd door hoveniershandboeken uit die periode.
Daarnaast zijn er ook overzichtskaarten, zoals de bekende
kaart van Hendrik de Leth en Matthaeus Brouerius van
Nidek uit ca. 1730 in 'Het Zegenpralend Kennemerland'of
de proefdruk van een kaart van landmeter Daniël Engelman
uit 1794 (zie elders) waarop alle buitenplaatsen in blokjes
staan weergegeven. Van bijvoorbeeld de hele vroege land
schappelijke aanleg van J.G. Michael op de Wildhoef uit
1794 worden we echter door de laatste kaart niet wijzer,
maar wel komt het buitenplaatsen-landschap van Bloemen
daal en omgeving fraai tot uitdrukking.
Kaarten die dienst deden bij bepaalde geschillen
Deze kaarten hebben een heel specifiek doel, bijvoorbeeld
een juridische kwestie, en geven daarbuiten verder weinig
topografische informatie. Vaak zijn het manuscriptkaarten
die schetsmatig een bepaalde lokale situatie weergeven.
Soms is er ook geen sprake van een meetkundige grondslag
en de kaart kan zelfs bewust een partijdig beeld geven dat
niet met de werkelijkheid strookt.
Ons Bloemendaal, 26e jaargang, nummer 1, lente 2002
33